Doodstraf taboe? Toch niet helemaal

Civis Mundi Digitaal #12

door Wim Couwenberg

Doodstraf taboe? Toch niet helemaal

Wim Couwenberg*

 

De staat heeft zich eeuwenlang met het oog op de handhaving van openbare orde en veiligheid de doodstraf als ultieme strafsanctie toegeëigend. Die pretentie is inmiddels sterk omstreden geraakt, want in strijd geacht met het recht op leven als fundamenteel mensenrecht. In een geciviliseerde samenleving dient die straf taboe te zijn, stelde NRC Handelsblad nog in een recent hoofdartikel (1 april 2012). Maar deze krant heeft nooit naoorlogse doodvonnissen van de tribunalen van Neurenberg en Tokio afgekeurd evenmin als de doodvonnissen in Nederland die na de oorlog zijn uitgesproken tegen oorlogsmisdadigers. Toen is zelfs iemand als Max Blokzijl ter dood veroordeeld wegens een oorlogsmisdaad bestaande uit propagandapraatjes tijdens de oorlog voor de vijand. Als men die na-oorlogse doodvonnissen excuseert vanwege de bijzondere stemming direct na de oorlog, waarin behoefte was aan een resolute afrekening met de vreselijke excessen van de oorlogstijd, dan gaat dat niet meer op voor het doodvonnis tegen Eichmann dat in 1962 zonder protest van principiële tegenstanders via ophanging voltrokken werd door een staat die daartoe formeel-juridisch niet eens gerechtigd was en in dat proces tegelijk als aanklager en rechter optrad. Hannah Arendt heeft dat doodvonnis krachtig verdedigd in haar bekende boek Eichmann in Jerusalem - A report on the banality of evil (1963).Hoe dit zij, ettelijke staten houden zich nog steeds het recht voor op zware delicten te reageren met de doodstraf. Vorig jaar is blijkens onderzoek van Amnesty International het aantal executies van staatswege weer fors gestegen.

Er is inmiddels een nieuwe toepassing van de doodstraf tot ontwikkeling gekomen waartegen tot dusverre principieel verzet is uitgebleven. Recent is er veel te doen geweest over het feit dat wie van terrorisme verdacht werd in de Verenigde Staten zijn/haar burgerrechten verliest en zonder vorm van proces in CIA gevangenissen in Oost-Europa gefolterd werd. Onder president Obama zijn inmiddels de geheime martelmemo’s gepubliceerd die in 2002 zijn opgesteld over illegale verhoormethoden in de oorlog tegen terrorisme. Jarenlang stonden die verhoormethoden in het Amerikaanse Congres niet ter discussie. De meeste Republikeinen en Democraten wisten ervan, maar waren er heel bedreven in geraakt weg te kijken als het ging om van regeringswege geaccepteerde foltermethoden in de strijd tegen terrorisme.

Nu zien we dat wegkijken opnieuw bij deze nieuwe toepassing van de doodstraf. Bekend is namelijk geworden dat president Obama persoonlijk beslist welke verdachten van terrorisme in verre landen met behulp van onbemande vliegtuigjes (drones) geliquideerd zullen worden. Dat besluit tot een dodelijke aanval op een van terrorisme verdachte persoon (personal strike) of groep (crowd kill) neemt de president buiten alle openbaarheid zonder enige vorm van proces en zonder enige openbare toetsing van daarbij gehanteerde criteria. Hij doet dat tegelijk als aanklager, rechter en beul. Dat daarbij ook onschuldige burgers het slachtoffer worden, wordt als zogenaamde collateral damage op de koop toegenomen. Een van de weinige media die dat ter discussie gesteld heeft is NRC Handelsblad. Organisaties die principieel tegen de doodstraf zijn, zoals Amnesty International zwijgen hierover in alle talen. Zij blijken daarmee toch niet zo principieel tegen de doodstraf te zijn als zij beweren. Zij zijn ertegen met een duidelijk voorbehoud.