Erfelijkheidsleer en racisme

Civis Mundi Digitaal #58

door Jan de Boer

Veel mensen zijn er nog altijd van overtuigd dat intelligentie een puur produkt is van een culturele en familiale omgeving. Wetenschappelijke studies  tonen echter aan dat dit onjuist is en dat intellectuele capaciteiten sterk afhankelijk zijn van  het genetische erfgoed. Dat relativeert ook de rol van de school. De opvoedkundige Sesamstraat programma’s hebben dan ook volgens onderzoek vooral bijgedragen tot een vergroting van de kloof tussen intelligente en minder intelligente kinderen. Het delen van een gemeenschappelijke omgeving bepaalt slechts één derde van de cognitieve verschillen. De genetica bepaalt voor twee derde de intellectuele verschillen als je in  het onderzoek van de Britse Robert Plomin van het Londense King College gelooft,  laat  Laurent Alexandre in de Franse krant Le Monde weten. De verschillen in schoolresultaten hangen voor het grooste deel niet af van de kwaliteit van leerkrachten en scholen. Het scheppen van gelijke kansen via  opvoeding en scholing is een ontmoedigend karwei en de politieke aanpak daarvan is uiterst moeilijk.

 

In de Verenigde Staten zijn er evenwel vooraanstaande genetici die voorstanders zijn van het heropenen van een ander de samenleving ondermijnend debat over de samenhang van  ras ,  DNA en  karakteristieken waarbij zij  cognitieve verschillen niet uit de weg gaan. In een onlangs gepubliceerd lang artikel  in de New York Times pleit David Reich, een geniticus van internationale reputatie aan de Harvard Universiteit, voor een discussie over het begrip "ras" vanuit de genetische analyse. Hij verdedigt met alle kracht dat het ontkennen van verschillen tussen de diverse rassen contra-productief is en het racisme versterkt. Hij schrijft in  zijn artikel : " Ik deel de vrees dat erfelijkheids-ontdekkingen zwaar misbruikt kunnen worden om het racisme te rechtvaardigen. Maar als geneticus weet ik ook, dat het niet meer mogelijk is gemiddelde genetische verschillen tussen "  rassen " te ontkennen". Struisvogelpolitiek is in zijn ogen geen optie meer:"Het is onmogelijk en in feite ook antiwetenschappelijk, dom en absurd deze verschillen te ontkennen. Beweren dat er geen mogelijke belangrijke verschillen tussen de verschillende volkeren zijn, leidt

alleen maar naar het op een racistisch dwaalspoor brengen van de genetica dat we niet moeten willen".

 

Het artikel van David Reich ontketende een storm van kritiek bij antropologen. Als gevolg daarvan corrigeerde hij zich zelf door te zeggen, dat de waargenomen gemiddelde genetische verschillen

tussen volkeren beduidend minder waren dan die tussen individuen. " Het begrip  "ras" is geen biologische , maar een sociaal gevormde categorie mensen ", liet hij nog eens duidelijk weten.

Natuurlijk zijn de argumenten van David Reich interessant, maar zij kunnen mijns inziens alleen maar leiden tot het vrij baan geven aan racistisch gepraat. Hoe bijvoorbeeld te vermijden dat vergelijkingen van het IQ per " ras" gebruikt  en misbruikt zullen worden door racisten? David Reich  bevestigt overigens dat " genetische invloeden op gedrag en kenvermogen verschillen tussen groepen mensen". De genetica, de erfelijkheidsleer, moet voorzichtig zijn: zij is gebruikt voor de rechtvaardiging van de meest radicale waanzin als de Shoah en  uiterst conservatieve, extremistische en koloniale opinies. Tot een eeuw geleden werd nog in Europese parlementen gesproken over superieure en inferieure rassen. Wij hebben te veel tijd nodig gehad om - helaas nog steeds onvoldoende - het racisme terug te dringen. De genetica kan en mag daarom het risico niet lopen om een domme en gevaarlijke ideologie van niet -gelijkwaardigheid te dekken.

 

Deze "doos van Pandora " moet  naar mijn heilige overtuiging nooit maar dan ook nooit geopend worden. Bij uitzondering moeten wetenschappers hier de wetenschappelijke waarheid laten passeren achter het fundamentele filosofische principe van gelijkwaardigheid van alle groepen mensen en volkeren.