Beton en hoe alles ineen kan storten

Civis Mundi Digitaal #66

door Jan de Boer

Na de ineenstorting van het viaduct Morandi in Genua richtte het publieke debat in Italië zich al gauw op de politieke verantwoordelijkheden, op de economische crisis, op de nationale neergang en op de verantwoordelijkheden van de Europese Unie. Deze ineenstorting is net zoals alle catastrofes een allegorie geworden voor een uiterst slecht functionerend Italiaans politiek systeem. Maar deze ineenstorting, zo laat mij de wetenschapper Jean-Baptiste Fressoz in Le Monde weten, is meer dan een waarschuwing voor Italië en zelfs voor heel onze planeet.

Het ineengestorte viaduct was gemaakt van beton: het meest gefabriceerde materiaal van de mensheid. In zijn boek "Making of the modern world" heeft de wetenschapper Vaclav Smil berekend dat sinds 1945, wereldwijd 60 miljard ton cement is geproduceerd, dat tenminste 500 miljard ton beton (een mengsel van zand, grint en cement) heeft opgeleverd... En dan spreken wij verder niet eens over legale en vooral ook illegale zandhandel als in Marokko met als gevolg daarvan het verdwijnen van tegen de zee beschermende stranden. Zo kun je straks bij "Miami Beach" een streep door het woord "Beach" halen.

 

De economische geschiedenis laat zich lezen uit de curves van de productie van cement. In de Verenigde Staten is deze van 3 miljoen ton per jaar in 1900 gestegen tot 30 miljoen in 1928.Gedurende de jaren van de Grote Depressie in de jaren 1930 zakte de productie volledig in om na de Tweede Wereldoorlog opnieuw te exploderen om vandaag de dag 80 miljoen ton per jaar te bereiken. De ontwikkeling van wegennetten en autoroutes spelen hierbij een grote rol.

 

De betonbouw in China is spectaculair. China produceert nu ongeveer 2 miljard ton cement per jaar, dat is twintig keer zoveel als op het hoogtepunt van de productie in de Verenigde Staten. Anders gezegd in nauwelijks drie jaar tijd heeft China meer beton gebruikt dan de Verenigde Staten in heel de twintigste eeuw. Maar in tegenstelling tot veel uitdrukkingen met het woord beton, is het beslist geen bestendig materiaal. Trillingen, vorst, vochtigheid, chemische aantasting door vervuiling, etc. verzwakken het voortdurend. De levensduur van een betonnen infrastructuur is natuurlijk ook afhankelijk van de kwaliteit ervan, maar bedraagt volgens deskundigen hooguit rond de 60 jaat. Dat betekent dat veel infrastructuur gebouwd in de jaren 1950-1970 in Europa en de Verenigde Staten: wagen, tunnels, bruggen, stuwdammen, etc. als ook hotels in de toeristische streken atoomcentrales zijn aan het einde van hun levensduur gekomen of vereisen in ieder geval aanzienlijke en zeer kostbare herstelwerkzaamheden. Van de 12.000 bruggen in het Franse wegennet vereisen 4000 bruggen en viaducten herstelwerkzaamheden en 7 procent loopt instortingsgevaar. In Duitsland is het niet anders, in een openbaar rapport van 2017 werd gezegd dat 12,5 procent van de bruggen in het wegennet in slechte staat verkeert en slechts eenzelfde percentage als in goede staat verkerend wordt beoordeeld.

Om de 500 miljard ton van bestaande, betonnen infrastructuren in goede staat te houden, is een heel dure en ook steeds duurdere aangelegenheid. De onderhoudsinvesteringen in Frankrijk bedragen 70 procent van de investeringen in het wegennet. De Staat geeft jaarlijks 80.000 euro uit voor iedere kilometer van nationale wegen. De "American Society of Civil Engeneers" schat dat het weer op een aanvaardbaar peil brengen van de infrastructuur een bedrag van 2000 miljard dollars kost. Als men deze cijfers afzet tegen de kosten van het op een aanvaardbaar peil houden van het in de laatste tientallen jaren gebouwde wegennet dan zullen de kosten daar tientallen en tientallen duizenden miljarden dollars gaan bedragen...

In tegenstelling tot de fantasieën van een immateriële kenniseconomie op basis van digitale startups en kunstmatige intelligentie zodanig productief dat werken niet meer nodig is, drukt de ineenstorting van het viaduct in Genua ons met de neus op de realiteit van onze technische wereld: een wereld van beton waarop technici en arbeiders zonder ophouden werkzaam moeten zijn om te verhinderen dat deze wereld instort.

 

Daarbij komt dat de motor van onze thermo-industriële samenleving stokt en op het punt staat uit te doven. De grenzen van de groei zijn bereikt en deels al overschreden. Dit gegeven betekent ook de onmogelijkheid weer de economische groei van weleer te hervinden en brengt het daarmee de doodsteek toe aan een economisch systeem gebaseerd op schulden... die nooit afgelost zullen worden. Waar de onderhoudskosten van onze onder meer betonnen samenleving op den duur vandaan moeten komen, is mij een raadsel.