Civis Mundi Digitaal #83
Van de 6500 klachten tegen een advocaat, die in de jaren 2012-2017 werden doorgezonden naar een Raad van Discipline, werd tweederde ongegrond verklaard. Terwijl de gegrond verklaarde beslissingen jaarlijks goed worden gedocumenteerd, is over de ongegrond verklaarde klachten vrijwel niets bekend. Door middel van een statistische analyse van de wel gepubliceerde cijfers blijkt het mogelijk ook over de laatste informatie te verkrijgen.
Gegrond en ongegrond beslissingen
Een gegrond/ongegrond verklaring heeft betrekking op de klacht, niet op de advocaat, zoals in het strafrecht het geval zou zijn. Het is een ja/nee beslissing. Er is niet zo iets als ‘ruimschoots gegrond’ of ‘enigszins gegrond’. Maar na gegrondverklaring van een klacht kunnen op grond van art. 48 Advocatenwet (straf)maatregelen worden opgelegd, waarvan de zwaarte toeneemt naarmate het disfunctioneren van de advocaat als ernstiger – c.q. verwijtbaarder - wordt beoordeeld. In de jaarverslagen 2012-2017 van de Raden worden, bij iedere maatregel, de aantallen klachten vermeld. De maatregelen varieerden van ‘geen maatregel’ (260), via ‘waarschuwing’ (984), ‘berisping’ (476), ‘voorwaardelijke’ (172) en ‘onvoorwaardelijke (207) schorsing’, tot ‘schrapping’ (94). Naarmate de zwaarte van de maatregel toeneemt, tonen de klachten per maatregel een afname in aantal. Dit patroon biedt ruimte voor een waardering van het disfunctioneren van deze advocaten, en daarmee voor statistisch onderzoek. Daarbij komt de normale kansverdeling in beeld, met verwijtbaarheid als variabele.
De normale verdeling.
Een kansverdeling geeft de mate aan, waarin een bepaald verschijnsel kan vóórkomen. Een normale verdeling is een veel voorkomende verdeling, met de vorm van een klok - hij is symmetrisch rond een gemiddelde, talrijk in het midden, en schaars aan de uiteinden. Normale verdelingen – bv. betreffende lichaamslengte, intelligentie, e.d. - komen veel voor bij verschijnselen in de natuur, en bij economische en sociale situaties. De vorm van de normaalverdeling ligt vast als het gemiddelde en de standaardafwijking (u) van de gegevens bekend zijn. De verschillende gegevens van de verdeling kunnen dan worden opgezocht in een beschikbare tabel. Bij iedere afstand (u) tot het midden (u=0) geeft de tabel het percentage gevallen dat ‘u’ overstijgt.
In alle beroepsgroepen blijkt de kwaliteit van functioneren van de leden, die daar deel van uitmaken, een bruikbare overeenkomst te vertonen met een normale verdeling. Zowel slecht als voortreffelijk functioneren komt beperkt voor, de meesten functioneren gemiddeld voldoende tot redelijk goed. Dat geldt ook voor advocaten. In het tuchtrecht wordt niet het functioneren van advocaten in het algemeen beoordeeld, maar slechts het disfunctioneren van een kleine groep daaruit - de aangeklaagde advocaten - waarover een cliënt ontevreden is. Aangenomen mag worden – en ook de cijfers bij de maatregelen wijzen daar op – dat ook een waardering van het disfunctioneren van aangeklaagde advocaten bruikbare overeenkomst vertoont met een normale verdeling. Als maat voor het disfunctioneren van de advocaat is verwijtbaarheid gekozen als variabele.
Toepassing
De gegrond verklaarde klachten, gesommeerd over zes jaar, betreffen zes groepen van klachten. Wat de normale verdeling betreft, kunnen deze zes groepen grafisch worden afgebeeld als een histogram, een figuur met aaneengesloten kolommen, één kolom per maatregel. Met behulp van de berekende tabel kunnen de kolombreedtes, met ‘u’ als maatstaf – beperkt tot maximaal 2,50 - worden bepaald. Het percentage klachten dat zich rechts van ieder kolom bevindt, staat als het ‘eenzijdig overschrijdingspercentage’ in de tabel vermeld.
Als aldus de gegevens voor alle zes kolommen zijn vastgesteld, is de rechterzijde van de normale verdeling zichtbaar, in standaardafwijkingen gesitueerd tussen u = 0,42 en u = 2,50.
Omdat de kolommen niet op gelijke klassen zijn gebaseerd, hebben zij een ongelijke breedte. Aangezien de oppervlakte van iedere kolom gelijk is aan het aantal klachten in die kolom, kan de hoogte van iedere kolom worden weergegeven door een getal, dat gelijk is aan het aantal klachten, gedeeld door de kolombreedte in ‘u’.
De kolom ‘gegrond, geen maatregel’ begint dus bij u = 0,42, Ten aanzien van die kolom is al sprake van een aanmerkelijke verwijtbaarheid, althans een verwijtbaarheid die voldoende is voor een gegrond verklaring. Bij de daarop volgende kolommen, waarin de klachten als steeds ernstiger zijn beoordeeld, neemt de kwalificatie van de verwijtbaarheid dus verder toe.
Het is nu ondenkbaar dat de verwijtbaarheid bij dit, toevallige punt – in de praktijk via beoordelingen ontstaan – plotseling zou wijzigen van aanmerkelijk naar nul, dus naar ‘kennelijk’ ongegrond. Ook is ondenkbaar dat links van dit punt, van u = + 0,42 tot u = -2,50, bij elke waarde van de verwijtbaarheid evenveel klachten zouden behoren.
Het ligt het meest in de rede aan te nemen dat de geleidelijke wijziging van verwijtbaarheid zich naar links geleidelijk verder zal voortzetten tot niet verwijtbaar. Dat betekent dat de bij een normale verdeling horende waarden naar links mogen worden doorgetrokken.
Dat begint al met de kolom tussen u = 0,42 en u = 0. Daarin bevinden zich 1052 (16,2%) – ongegrond verklaarde - klachten. Zij maken rechts deel uit van een zevende kolom.
Ter completering van het beeld, kan de linkerhelft van de verdeling, liggende tussen u = 0 en u = -2,50, vervolgens worden verdeeld in bv. vijf kolommen, met een gelijke breedte van 0,5 u.
Aldus is de vorm van de gehele verdeling zichtbaar, liggende tussen u = -2,50 en u = +2,50. De ongegrond verklaarde klachten bevinden zich daarin tussen u = -2,50 en u = +0,42, en de gegrond verklaarde klachten tussen u = +0,42 en u = +2,50.
Als sluitstuk van deze operatie kan de variabele ‘verwijtbaarheid’ (v) worden gedefinieerd, door er een waarde aan toe te kennen, die evenredig is met ‘u’ (v = 2u + 5).. ‘Verwijtbaarheid’ varieert dan langs een schaal van 0 (u= -2,50), via 5 (u= 0) tot 10 (u = +2,50).
Tabel
De bij de verdeling behorende tabel ziet er dan als volgt uit.
Maatregel |
Totaal aantal |
grenzen |
Kolom- |
Verwijt- |
||
(2012-2017) |
klachten |
% |
kolombreedte(u) |
hoogte |
baarheid |
|
schrapping |
94 |
1,45 |
2,50-2,18 |
115 |
10-9,35 |
|
onvoorw. schorsing |
207 |
3,2 |
2,18-1,62 |
365 |
9,35-8,25 |
|
voorw. schorsing |
172 |
2,65 |
1,62-1,41 |
840 |
8,25-7,8 |
|
berisping |
476 |
7,35 |
1,41-1,05 |
1325 |
7,80-7,1 |
|
waarschuwing |
984 |
15,15 |
1,05-0,53 |
1880 |
7,1-6,05 |
|
geen |
260 |
4,0 |
0,53-0,42 |
2320 |
6,05-5,85 |
|
(ongegrond) |
(1052) |
16,2 |
0,42-0 |
2515 |
5,85-5,0 |
|
----------------midden------------------------------------------------------------------------------------------- |
||||||
(ongegrond) |
(1240) |
19,1 |
0--0,50 |
2480 |
5-4 |
|
І |
(975) |
15,0 |
-0,50--1,00 |
1950 |
4-3 |
|
І |
(600) |
9,25 |
-1,00--1.50 |
1200 |
3-2 |
|
І |
(285) |
4,4 |
-1,50--2,00 |
570 |
2-1 |
|
(ongegrond) |
(145) |
2,25 |
-2,00--2,50 |
290 |
1-0 |
|
Totaal gegrond |
2193 |
33,8 |
0,42-2,50 |
n.v.t. |
n.v.t. |
|
Totaal ongegrond |
4297 |
66,2 |
+0,42--2,50 |
n.v.t. |
n.v.t. |
|
Algeheel totaal |
6490 |
100 |
+2,50--2,50 |
n.v.t. |
n.v.t. |
In een bijlage bij deze notitie wordt een afbeelding van de verdeling gegeven.
Conclusie
De precieze vorm van de kansverdeling is niet het doel van de toegepaste jurimetrische methode. Belangrijk is dat de methode het middel biedt om, op basis van de in de jaarverslagen gepubliceerde cijfers voor de gegrond verklaarde klachten, aan de ongegrond verklaarde klachten een gezicht geven. Daartoe zijn ook waarderingen voor verwijtbaarheid toegekend. De verwijtbaarheid varieert voor de ongegrond verklaarde klachten van 0 tot 5,85, in de huidige praktijk nog altijd te weinig om gegrond te worden verklaard. Bij 5,85 ligt dan de scheiding tussen ongegrond en gegrond. Voor niet minder rond 2300 ongegrond verklaarde klachtenklachten, ruim een derde van het totaal, ligt de verwijtbaarheid tussen 4 en 5,85, en voor 1050 klachten (16%) zelfs tussen 5 en 5,85. Hier is wel degelijk sprake van een beduidende verwijtbaarheid. In ieder geval zijn deze klachten dus niet ‘kennelijk’ ongegrond, zoals uit het grote aantal voorzittersbeslissingen zou moeten blijken Men zou in dit gebied kunnen spreken van ‘ongegrond, maar bedenkelijk’. Dit is het gebied waarbinnen discussie mogelijk is. Hier bestaat een redelijk vermoeden dat de lat te hoog is gelegd, en dat mogelijk teveel klachten ongegrond worden verklaard.
* De auteur is (gepensioneerd) chemicus en jurist. Hij is oud-lid van de Eerste Kamer (D66)