Duitsland: de geslaagde strategie van de extreemrechtse AFD

Civis Mundi Digitaal #89

door Jan de Boer

Dertig jaar geleden op 9 november 1889 stortte het communistische bewind in Oost-Duitsland in, de muur in Berlijn viel en op 3 oktober 1990 werden beide Duitslanden herenigd. Deze periode, die Wende, achtervolgt nog steeds het politieke leven in Duitsland. Tijdens de campagne voor de regionale verkiezingen op zondag 1 september in Saksen en Brandenburg, twee landen in het voormalige Oost-Duitsland, stond de herinnering aan die Wende centraal.

De rechts-extremistische AFD (Alternatief voor Duitsland) had besloten hier het centrale thema voor de verkiezingen te maken. De AFD, gesteund door gunstige opiniepeilingen: 20-22 procent van de stemmen In Brandenburg,24 -26 procent in Saksen, koos een duidelijke strategie door zich te presenteren als erfgenaam van het vrijheids-elan in de herfst van 1989 in de RDA. Dertig jaar na ‘die Wende sprak de AFD zich uit voor een nieuwe «vreedzame revolutie», dertig jaar na die Wende beloofde de AFD een «Wende 2.0». Op een affiche kon men lezen: «Gisteren net als vandaag zijn wij het volk». De verwijzing is helder. Verschenen tijdens de ‘manifestaties op maandag’ in oktober 1989 in Leipzig, is «wij zijn het volk» in de herinnering het parool bij uitstek van de democratische beweging van 1989 in Oost-Duitsland.

Verwijzend naar het verleden geeft dat de rechts-extremistische partij de mogelijkheid een redevoering te houden over het heden. En met de eis van een nieuwe ‘vreedzame revolutie’ probeert de AFD de gedachte post te laten vatten dat het Duitsland van vandaag in eenzelfde situatie verkeert als die op het einde van de Oost-Duitse Republiek.

Andreas Kalbitz, lijstaanvoerder van de AFD in Brandenburg: «Vandaag de dag zijn de levensomstandigheden in het Westen en het Oosten nog altijd niet gelijk. De vrijheid van meningsuiting bestaat ook niet meer en zij die ‘anders’ denken worden onderdrukt, zoals vroeger de Stasi daar verantwoordelijk voor was… De mensen zijn in 1989 niet de straat opgegaan om weer te krijgen wat wij nu moeten ondergaan».

Dit verhaal is niet nieuw. In november 2018 op het congres van de AFD bevestigde de co-president van de partij, Alexander Gauland dat de huidige situatie hem deed herinneren aan de laatste maanden van de RDA. Dat leverde indertijd weinig commentaar op, maar de laatste weken hebben dit soort uitlatingen in de redevoeringen van de AFD grote beroering gewekt. Op 20 augustus publiceerden 110 vooraanstaande personen uit de sfeer van de beweging van de burgerlijke rechten op het einde van de Oost-Duitse Republiek een open brief met als titel: «Niet met ons. Tegen de kaping van de vreedzame revolutie van 1989 voor politieke doeleinden» In de tekst wordt de AFD beschuldigd van het verspreiden van historische leugens.

De AFD is niet geïmponeerd door dit soort beschuldigingen. Integendeel, Alexander Gauland ruimt altijd een grote plaats voor het verleden in zijn betogen zonder zich zorgen te maken over zijn choquerende woorden. In juni 2018 verzekerde hij zijn publiek dat «Hitler en de Nazi’s niet meer dan een vogelpoepje zijn op onze meer dan duizend jaar roemrijke geschiedenis». Eerder verklaarde hij dat «als de Fransen het recht hebben om trots te zijn op Napoleon en de Engelsen op Churchill, dan is er geen enkele reden waarom wij niet trots mogen zijn op de prestaties van de Duitse soldaten tijdens de Tweede Wereldoorlog». 

Het doel van de AFD is het hetzelfde: het herstellen van een gekwetste nationale trots in casu die van Oost-Duitsland, een natie die juridisch niet meer bestaat. Maar de AFD weet dat deze nog in de hoofden voortleeft en lieert een aantal frustraties en ongerustheden aan de sociaal- economische situatie van de ‘länder’ in het vroegere Oost-Duitsland. De bevolking veroudert er sneller dan in West-Duitsland. De werkloosheid ligt er gemiddeld op 6,6 procent tegen 4,7 procent in West-Duitsland. Het gemiddelde inkomen in de oostelijke ‘länder’ bedraagt volgens officiële cijfers 29.447 euro tegen 40.301 euro in het westen van Duitsland. En slechts 37 van de 500 grootste ondernemingen in Duitsland hebben in het voormalige Oost-Duistland hun hoofdkantoor gevestigd.

De AFD heeft goed gegokt met het centraal stellen van de herinnering aan 1989 bij de regionale verkiezingen van afgelopen zondag 1 september, want hun score is nog hoger uitgevallen met 27,5 procent in Saksen en met 23 procent in Brandenburg dan in de peilingen van de afgelopen maanden aangegeven werd. In beide ‘länder’, waar de CDU en de SPD fors inleverden, is de AFD nu de tweede partij.

Dertig jaar na die Wende van 1989 blijft de teleurgestelde hoop van de hereniging druk op de Duitse maatschappij uitoefenen, met name in het Oosten. Dat werd onlangs bevestigd door een peiling van de publieke ZDF. Volgens dit onderzoek (juni 2019) oordeelden 68 procent van de inwoners van de ‘Länder’ in het westen van Duitsland positief over de balans van de hereniging. In de oostelijke ‘länder’ was dat slechts 59 procent. Voor de Duitse federale regering van (nog) Angela Merkel is er dus nog veel werk te verrichten. «Wir schaffen es», zei ze bij de ontvangst van een miljoen vluchtelingen destijds, ze mag deze uitdrukking herhalen met bijbehorende acties om het bruine gevaar te keren dat in Duitsland weer de kop opsteekt.