Identiteits- en integrale ecologie

Civis Mundi Digitaal #91

door Jan de Boer

Sinds de 19e eeuw propageren (extreem)rechtse stromingen de « verdediging van het grondgebied « om de afwijzing, de verstoting van vreemdelingen en het behoud van « de wetten van de natuur » te rechtvaardigen. Ideeën uitgedragen door met name nieuw rechts en traditionalistische katholieken die een « integrale » ecologie voorstaan.

Mag het milieu vooral bij politiek links aandacht krijgen, ook het nieuwe rechts draagt het milieu een warm hart toe, al zijn er zeer duidelijke verschillen betreffende het hoe en waarom. De ecologie van nieuw rechts is een ecologie van bevolkingen met als leidend principe een » mixofobie »: een afkeer van een vermenging van groepen mensen, want dat leidt tot het verlies van identiteitszuiverheid van het nakomelingschap. Op de achtergrond speelt een classificatie van mensenrassen mee en een vorm van sociaal darwinisme: een politieke evolutie-leerstelling die ervan uitgaat dat de strijd voor (over)leven tussen mensen de natuurlijke staat van sociale relaties is. Deze stelling heeft overigens ook het bed gespreid voor de leer van de verbetering van het menselijk ras door selectief kweken en destijds voor het nazisme. Het tweede grote thema is het verwerpen van de liberale maatschappij en dus ook het kapitalisme, dat zich beperkt tot hooguit het verzoenen van milieu-ongerustheid met industriële productie. Maar bij het Franse extreem-rechts van Marine le Pen van de « Rassemblement National (RN) » is de verdediging van het milieu schijn, het zijn vooral bevolkingsgroepen die het doelwit zijn: de ‘kebab‘ is de mondialisering met daarbij de islamisering. Daarom eten ze lokaal rundvlees, ondersteunen ze de korte circuits van kleine producenten… Een nieuwe woordvoerder van de RN zei onlangs in een TV-interview heel duidelijk: » Iedere ecoloog weet heel goed dat een complex levend systeem de invasie van niet inheemse soorten niet overleeft » en hij noemde als binnendringers de gemondialiseerde financiële wereld, een aantal niet-gouvernementele organisaties (NGO’s) en massale immigratie.

In het directe begin van de 21e eeuw kwam bij deze « groene » tendens van nieuw rechts in Frankrijk een nieuwe stroming die niet meer de « deep ecology » (een term van de pantheïstische Noorse filosoof Arne Naess) van radicaal rechts verdedigde, maar een « integrale ecologie » gebaseerd op het katholieke traditionalisme voorstond. De woordvoerders van deze « integrale ecologie » zijn jong, uiterst conservatief en hooggeschoold. De belangrijkste kenmerken: een verminderde economische groei en dus kritiek op het productivisme en het consumentisme, maar ook het verwerpen van technische interventie in de menselijke natuur. De bescherming van de « menselijke natuur » is even belangrijk als die van het milieu en het klimaat en dat vertaalt zich door het verwerpen van euthanasie en » het integrale feminisme « door de volledige afwijzing van niet-natuurlijke anticonceptie, abortus, kunstmatige bevruchting… en de » verkeerde emancipatie » van vrouwen door de pil en de wereld van het werk. De bekendste aanhanger van deze « integrale ecologie » is Paus Franciscus, die deze bepleitte in zijn encycliek » Laudato si » (2015).

De ecologie heeft de wind mee in het rechtse deel van het politieke krachtenspel. De Frans-Zwitserse filosoof Dominique Bourg (Universiteit van Lausanne), een uitgesproken expert op ecologisch gebied, laat mij weten dat voor deze anti-modernen de ecologie vandaag de dag een zegen is. De ecologie van deze nieuwe rechtse krachten geeft hun de mogelijkheid hun nostalgie naar een gesloten maatschappij, traditioneel en respectvol naar regionale en culturele bijzonderheden, een groen jasje te geven. Als zij tenminste niet een anti-immigratie of vreemdelingen hatende redenering rechtvaardigt…

We zien nu overal ter wereld de opkomst van autoritaire en populistische regimes die in het algemeen de realiteit van de klimatologische opwarming met alle ecologische consequenties daarvan ontkennen. Dat is het geval met Trump in de Verenigde Staten, met Bolsanaro in Brazilië, met Salvini in Italië, de AFD in Duitsland… en bijna alle rechts-extremistische krachten in Europa. Daarom geloof ik niet in de komst van een werkelijk ecofascistisch regime in de zin van een « groene dictatuur » die alleen vanwege de milieu-urgentie op grote schaal dwingende politieke beslissingen neemt, zoals onlangs ook gepropageerd door de extreem-rechtse terroristen verantwoordelijk voor de aanslagen in Christchurch en El Paso. Het ecofascisme wil de bijen redden, maar geen vluchtelingen en immigranten. De redenen waarom democratieën moeite hebben om op de ecologische problemen te beantwoorden: nu zichzelf zeer veel ontzeggen voor een betere toekomst maakt de komst van een ecologische dictatuur nog onwaarschijnlijker. Een dictatuur heeft er geen enkel belang bij om erg impopulaire maatregelen te nemen, en democratische regeringen afhankelijk van data voor nieuwe verkiezingen evenmin. Maar als de mensheid nu niet reageert op de klimaatopwarming en de daarbij horende catastrofes, zal deze onbeheersbaar blijken. En als dat werkelijkheid gaat worden zijn er goede redenen om te veronderstellen dat autoritaire regimes zich gaan ontwikkelen: het beschermen van de elites tegen de massa, met zwaarbewapende eenheden voor het handhaven van de gewelddadige orde, zodat de op ieder gebied met ernstige tekorten bedreigde bevolking niet daadwerkelijk in opstand kan komen. Een vooruitzicht dat mensen die destijds de film « Soylent Green « van de Amerikaan Fleischer (1973) hebben gezien, zich zullen herinneren. Het scenario: door de opwarming van de aarde heeft de mensheid de natuurlijke hulpbronnen uitgeput. Terwijl een kleine minderheid van miljardairs erin slaagt min of meer een normaal leven te blijven leiden, is de rest van de ongelukkige bevolking onderworpen aan drastische voedselmaatregelen onder gewapend toezicht van een autoritair, zeg maar fascistisch regime. De film dateert van 1973 en speelt zich af… in 2022.