Civis Mundi Digitaal #94
« Verschrikkelijk, maar helaas niet onverwacht… » Zoals talrijke verdedigers van de rechten van de mens in Moskou protesteert ook de vertegenwoordigster van « Human Rights Watch », Tanya Lokshina, tegen de zware straffen voor zeven anti-fascistische, extreem-linkse jongeren, op 10 februari opgelegd door een militaire rechtbank. Gepresenteerd als « gevaarlijke terroristen » werden ze veroordeeld tot gevangenisstraffen van zes tot achttien jaar. En dat terwijl hun bekentenissen werden verkregen door marteling en geen enkel aanslagplan bekend werd. Tanya Lokshina: « Het is een nieuw voorbeeld van willekeur: uit de duim gezogen beschuldigingen, vervalste bewijsstukken, met geweld afgedwongen bekentenissen, zware veroordelingen om angst in te boezemen. Dat kan ieder van ons die het systeem bekritiseert overkomen. Dat is het Rusland waarin onze jongeren leven. »
De zeven jonge mannen in de leeftijd van 23 tot 31 jaar werden gearresteerd in 2017 en 2018. De beschuldiging is dat zij behoren tot « Netwerk », een organisatie die door de veiligheidsdiensten als terroristisch is geclassificeerd. De FSB, erfgenaam van de beruchte KGB, verzekert dat de mannen in 2018 aanslagen hadden willen plegen tijdens de presidentiële verkiezing en het wereldkampioenschap voetbal. Deze beschuldigingen zijn nooit bewezen. De FSB wordt er bovendien van verdacht deze affaire te hebben opgetuigd om in de publieke opinie een machtsbedreiging te introduceren om zo de gewelddadige onderdrukking van de oppositie te rechtvaardigen. « Een schoolvoorbeeld, » laat Svetlana Gannouchkina, lid van « Memorial », de Russische organisatie van de verdediging van de rechten van de mens, mij weten. Volgens deze NGO, die deze zeven jonge mannen gedurende hun preventieve hechtenis op de lijst van « politieke gevangenen » heeft gezet, heeft de FSB haar vervolging gegrond op zeer twijfelachtige en afgedwongen of gekochte bekentenissen van activisten gearresteerd voor een andere (drugs)affaire.
In de laatste decennia verveelvoudigen de autoriteiten juridische vervolgingen van diverse politieke groepen op grond van beschuldigingen van terrorisme of extremisme. Het betreft hier niet alleen gewelddadige organisaties, maar ook verschillende gematigde politieke en religieuze bewegingen die de autoriteiten bekritiseren. Te midden van deze bewegingen bevindt zich « Nieuwe Grootheid », een jongerengroep die via de elektronische berichtgeving Telegram onderling berichten tegen het Kremlin uitwisselden en beloofden « Rusland haar vroeger aanzien terug te geven ». De FSB infiltreerde deze groep en organiseerde schietoefeningen. Het proces voor « extremistische organisatie » en « poging tot een staatsgreep » is nu aan de gang…
Waar de beschuldigingen tegen de zeven jongeren van « Netwerk » niet bewezen zijn, heeft men uitvoerig de vervalsingen achter hun vervolging gedetailleerd. Bij een paar verdachten werden wapens verstopt. Martelingen werden verveelvoudigd: lichamelijk geweld, bedreigingen met verlamming door een revolver, brandwonden met elektriciteitsdraden om bekentenissen af te dwingen. De rechter nam het voor kennis aan en de door de beschuldigde jongeren bij het onderzoekscomité ingediende klachten werden terzijde gelegd.
Vorig jaar werd Poetin bevraagd over deze affaire en de beschuldigingen van martelingen. Zijn woordvoerder: « De president heeft meer dan één keer gezegd dat alles plaats moeten vinden met respect voor de wet ». Wat betreft de chef van de presidentiële Raad voor de rechten van de mens, Valeri Fadeïev: deze zwijgt in alle talen. « Deze veroordeling herinnert ons aan de tijd van Stalin, » zegt Andreï Kolesnikov, historicus en politicoloog van het Carnegie-instituut in Moskou. « Het veroordelen van een jonge man die niemand heeft gedood of zelfs geslagen, die geen miljarden heeft gestolen tot achttien jaar gevangenisstraf, is puur stalinisme. In de tijd van Chroesjtsjov en zelfs Brezjnev vielen de gevangenisstraffen voor soortgelijke gevallen veel lager uit. Het is een demonstratie van de vaste wil van de Staat om elke manifestatie van ontevredenheid met geweld de kop in te drukken. » Het Kremlin is bezig om in dit verband de Russische grondwet aan te passen ten einde een « legitiem » antwoord te kunnen geven op een groeiende sociale protestbeweging die mede gelieerd is aan de vermindering van de koopkracht en de corruptie van de Russische machtshebbers, die geen enkel middel schuwen om aan de macht te blijven.
De ethische vraag voor mij is in hoeverre men om geopolitieke redenen toenadering moet zoeken tot deze schurkenstaat die zich daardoor gelegitimeerd voelt, terwijl voor mij ook vaststaat dat de groeiende sociale en politieke protestbeweging die de westerse wereld uit morele overwegingen zou moeten steunen, deze kleptocratische machtshebbers eens zal wegvagen.