Civis Mundi Digitaal #105
Zoals met een sprong zonder parachute vallen de arme landen zonder hulp en zonder bescherming in de door het Covid-19 veroorzaakte crisis. In tegenstelling tot de ontwikkelde of opkomende economieën kunnen ze niet rekenen op de publieke schuld, op genereuze economische herstelplannen en nog minder op internationale solidariteit, terwijl wel het lot van een miljard mensen in het geding is
Volgens de op 3 december gepubliceerde gegevens van de « United Nations Conference on Trade and Development » (Unctad) zullen de 47 armste Staten op onze planeet over de periode oktober 2019 – oktober 2020 de ergste performance van de laatste dertig jaar registeren met een gemiddelde krimp van 0,4 % van hun bruto binnenlands produkt (BBP). De Unctad meent zelfs dat van nu tot aan het einde van dit jaar ongeveer 32 miljoen mensen meer dan nu het geval is in extreme armoede terecht komen. Daarmee worden tientallen jaren van ontwikkelingsinspanningen te niet gedaan
Op 1 december hebben de Verenigde Naties (VN) gewaarschuwd dat de economische crisis zich kan vertalen in een humanitaire tragedie in bepaalde regio’s waar aan de horizon hongersnoden verschijnen: « Zij die al leven op het scherp van de snede worden meedogenloos en disproportioneel getroffen door prijsverhoging van voedsel, terugval in inkomens, onderbreking van vaccinatie-programma’s en sluiting van scholen ». De VN heeft een humanitaire oproep voor hulp, een recordbedrag van 35 miljard dollar voor 2021, gedaan. De door de gezondheidscrisis relatief gespaarde landen lijden meer door de mondiale recessie dan door de partiële lockdown van hun economieën
Landen als de Democratische Republiek Kongo, Zambia of Guinee die afhangen van de export van grondstoffen, zien hun inkomsten achteruitgaan door koersverlagingen. Landen als Bangladesh, Laos of Nepal lijden door de vermindering van hun kledingsexport met 20 %. De ineenstorting van het toerisme vertraagt de economie van de kleine eilanden in de Grote Oceaan zoals Vanuatu, maar ook van Cambodja, of van Ghana. Aan deze verlaging van inkomsten kan de terugval van geldoverdracht door migranten aan hun families toegevoegd worden. In 2020 werden 200.000 Ethiopiërs door Saoedi-Arabië naar hun land teruggestuurd waardoor hele families zonder inkomsten kwamen te zitten. En zij die niet naar hun land terugkeerden werden volop getroffen door de recessie in Europa of in de Verenigde Staten waardoor zij hun familie niet meer konden ondersteunen. Hetzelfde financiële systeem dat de rijke landen gedurende de pandemie te hulp kwam, heeft de terugval van de meest arme landen versneld. In 2020 hebben de arme landen een kapitaalvlucht, een opdrogen van hun reserves en buitenlandse deviezen en een sterke daling van hun geldkoersen meegemaakt, terwijl in de Verenigde Staten en in Europa de centrale banken voor duizenden miljarden euro’ s aan publieke schulden kochten en de lancering van gigantische herstelplannen faciliteerden
« Het internationale monetaire systeem doet op deze debiteuren en deficitaire economieën de last van deze verschillende aanpassingen wegen », laat de Unctad weten. De Unctad erkent graag dat de minder gezegende landen meer het spaargeld van huishoudens moeten mobiliseren en de efficiency van hun publieke uitgaven moeten verbeteren, maar waarschuwt ervoor dat « dat onvoldoende is in de huidige context ». De Verenigde Naties concluderen dat « wegens de magere hulpbronnen van de arme landen en de verkleining van hun marges inzake fiscale handelingsvrijheid, er een Marshallplan noodzakelijk is »
De arme economieën, riskant voor privé- investeerders, zijn vooral afhankelijk van overheidshulp voor ontwikkeling. Die hulp neemt niet toe, neemt integendeel af en dat op het moment dat men het meer dan nodig heeft. Het Britse koninkrijk besloot eind november haar hulp met 5, 5 miljard euro te verminderen, van 0,7% tot 0,5 % van het nationaal inkomen. De landen van de OECD hebben in 2019 slechts 0,31% van hun bruto nationaal inkomen daaraan gewijd, terwijl ze 0,7 % beloofd hadden. De Unctad merkt daarbij op dat de internationale gemeenschap het doel van een hulpplan van 2500 miljard euro bestemd voor de arme landen, gelanceerd door het Internationaal Monetair Fonds in het begin van de pandemie, ruimschoots gemist heeft
« Er bestaat geen multilaterisme zonder internationale solidariteit, dus hulp bij ontwikkeling » laat Pierre Jacquet, econoom en voorzitter van het « Global Development Network » mij weten. Wanneer de rijke landen weigeren de arme landen hulp te bieden uit naam van solidariteit, zouden ze het kunnen doen uit naam van de verdediging van hun eigen belangen, laat Rolf Traeger van de Unctad weten: » Investeren in de minst vergevorderde landen, is investeren in de stabiliteit van het internationale systeem. Armoede voedt haarden van instabiliteit en onveiligheid die op hun beurt belangrijke migratie tot gevolg hebben ». De armste landen herbergen al 14% van de mondiale bevolking en de helft van de armen op deze onherbergzame planeet moet leven van minder dan 1,9 dollar per dag. De pandemie van het Covid-19 gaat deze mondiale ongelijkheden nog vergroten
En wie denkt dat dit geen gevolgen heeft voor ook de stabiliteit en veiligheid in ons eigen relatief veilig wereldje, vergist zich schromelijk
Geschreven op 15 december 2020