'Nog even volhouden'

Civis Mundi Digitaal #108

door Maarten Rutgers

Tijdens het kabinet Rutte III was het devies: ‘iedereen moet profiteren’. Hier werd bedoeld dat iedereen door de economische groei er beter voor kwam te staan. Ook daar gold: nog even volhouden. We moesten nog even de tanden op elkaar zetten en dan zou het allemaal beter worden. Dat is aardig gelukt voor slechts een deel van de bevolking, meestal niet de minst bedeelden. Het verschil tussen arm en rijk, de schaar, werd niet kleiner, eerder groter. De weerstand tegen de neoliberale koers nam steeds meer toe. Ook nu gaat alles beter worden als we ‘nog even volhouden’.  Het ontbreekt er hierbij nog aan dat we allemaal zullen profiteren. Niet duidelijk uitgesproken, maar onderhuids wel aanwezig, is dat toch de boodschap.

Ja, het is een vervelende tijd, er wordt veel van iedereen gevraagd, maar de toekomst ziet er rooskleurig uit. De oproep van de twee steeds op de voorgrond tredende bewindslieden, ‘nog even volhouden!’, verliest echter steeds meer aan kracht naarmate de tijd verstrijkt en het duidelijk wordt dat even nog heel lang kan zijn. Het licht aan het einde van de tunnel is niet veel meer dan een spaarvlammetje, dat niet door iedereen duidelijk gezien wordt. Naarmate de tijd voortgaat komt er nauwelijks of niet meer licht. Het vlammetje blijft nog onbereikbaar in de verte. Het maatschappelijk protest blijft weliswaar binnen de perken, maar neemt nadrukkelijk toe. En het gaat hier om meer dan leken. Steeds meer komen er geluiden uit de medische wereld dat het zo niet langer gaat[1]. Ook andere wetenschappers, economen, sociologen, gedragswetenschappers om enkele te noemen komen al enige tijd in het geweer. 

 

 

Korte èn lange termijn voordeel?

Het kabinet is hoofdzakelijk en vrijwel uitsluitend gericht op de korte termijn. Het korte termijn voordeel wordt uit en treure uitgelegd. De aantallen positief geteste personen zal door de genomen maatregelen en de mate waarin we ons als samenleving daaraan houden omlaag gaan. Met als gevolg minder zieken, minder drukte op de verpleegafdelingen van ziekenhuizen, minder patiënten op de IC’s en minder sterfgevallen. Vaccineren zou dit effect moeten versterken. We houden zodoende de zorg op peil. Dat dit gepaard gaat met het terugbrengen van andere zorg en andere patiënten niet of later behandeld worden is de prijs die we ervoor betalen. En die het kabinet er kennelijk voor over heeft. Het protest blijft niet uit[2].

Een korte termijn voordeel dat nauwelijks aan de orde komt is de luchtvervuiling. Deze neemt af. We weten dat in gebieden met meer luchtvervuiling meer ziekten voorkomen en ook meer positief geteste mensen en patiënten met COVID-19. Minder mobiliteit, ook in de toekomst, leidt tot een lange termijn voordeel.

Na ‘nog even volhouden’ komen versoepelingen om de hoek kijken. Dit zou een lange termijn voordeel moeten zijn. Deze wortel die ons wordt voorgehouden blijkt echter iedere keer nog steeds buiten bereik. Als we al dachten er te zijn is er een nieuw probleem dat ons parten speelt. En dan wordt ook nog voorbijgegaan aan het feit dat we het niet over een enkelvoudige crisis hebben, maar een meervoudige. Het is meer dan een gezondheidszorgvraagstuk. En daarmee is de lange termijn in werkelijkheid minstens zo belangrijk.

De grote vraag die niet beantwoord is, blijft of de maatregelen echt effect sorteren. Ik schreef hier een en ander over in CM 107[3],maar er is meer te zeggen.

Als we afzien van de al gesignaleerde problemen met definities en registraties, bijvoorbeeld de gegevens omtrent ziekenhuisopnames komen uit drie bronnen, Nice, LCPS en GGD, die over dezelfde periode verschillende cijfers leveren, is er nog een probleem. We weten intussen wel dat de positief geteste personen, de opgenomen patiënten en de sterfgevallen niet evenredig verdeeld zijn over de diverse leeftijdscategoriën, maar ook niet over het land of over de landen. Toch blijven we steeds totaalrapportages zien, waarop het beleid gebaseerd wordt.

Een op risicogroepen gebaseerd beleid is nauwelijks van de grond gekomen. Ook het aanvankelijk regionaal geöriënteerde beleid is bijvoorbeeld verlaten, zoals in vele andere landen. In Frankrijk echter niet. Is dit zinvol gebleken? Maurice de Hond[4] laat aan de hand van data van The Economist zien dat regionaal verschillend beleid tot dezelfde uitkomsten leidt. Interessant is om te zien, ook in The Economist,dat oversterfte niet correleert met de genomen maatregelen[5]. Landen met een lockdown, tonen niet dezelfde percentuele oversterfte. Daarbij in acht genomen dat niet alle lockdowns exact hetzelfde zijn. Er blijft enige variatie, maar de samenleving wordt zeer ingeperkt, reizen wordt stevig ontmoedigd etc. Verklaring voor de verschillen? Andere bevolkingssamenstelling, andere leeftijdsopbouw, andere gezondheidszorg, andere registratie, of toch, hebben de maatregelen geen of nauwelijks invloed?

 

Statistiek

Om een uitspraak te doen over de ontwikkeling van de feitelijke situatie en over het effect van het (verschillende) beleid om slechts twee te noemen, worden ons voortdurend data, grafische voorstellingen en stijgende of afnemende percentages voorgehouden. Voor velen van ons zijn dergelijke presentaties geen gesneden koek. Wij kunnen niet zomaar beoordelen of de voorgespiegelde verklaringen steekhoudend zijn. Hierbij zijn de volgende punten van belang:

  1. Het is vaak onduidelijk wat precies gemeten is.
  2. Een tweede probleem is dat we ons meestal niet realiseren dat plaatjes, grafieken weliswaar fascinerend zijn en ons aanspreken omdat beeldtaal snel overzicht geeft en begrijpelijk lijkt te zijn, maar zonder dat we weten hoe de gegevens geordend zijn hebben we er niets aan.
  3. Een derde probleem is dat wij de vele statistische berekeningen niet kennen en de waarde ervan niet. We kunnen ze niet zelf uitleggen, laat staan herhalen.
  4. Als vierde doet zich dan nog een probleem voor: wanneer wij op groot detailniveau kijken neemt de duidelijkheid af. Op macro-niveau, bijvoorbeeld de bevolking, verdwijnen weer relevante data. Het is dus van belang het juiste niveau te kiezen om uitspraken te kunnen doen die hout snijden.

Met statistische gegevens kun je vele kanten op. Een beroemde uitspraak is dat je alleen die statistische gegevens kunt vertrouwen die je zelf gemanipuleerd hebt. Dus, wees op je hoede met deze data en probeer vooral te weten te komen hoe de gegevens verzameld zijn, welke definities gebruikt zijn, welke statistische methoden benut zijn, hoe de X- en Y-as van de grafiek gedefinieerd zijn en nog meer.

Drie voorbeelden worden onderaan het artikel in de bijlage nader toegelicht.

Het is dus ingewikkeld de juiste conclusies te trekken. De voorbeelden maken dit duidelijk. We moeten dus aannemen dat de adviseurs van het kabinet weten hoe ze de data moeten interpreteren. Maurice de Hond twijfelt hier niet aan; neen, hij verwijt het RIVM in zijn blog[6] met de historisch belaste titel ‘J’ accuse…!’ dat de data en daarmee de presentaties gemanipuleerd worden om bepaalde doelen te bereiken. Dit zou passen bij de bovenstaande uitspraak. Iets om over na te denken?

 

 

 

Korte èn lange termijn nadeel?

Een belangrijk korte termijn nadeel werd al genoemd, het afschalen van reguliere zorg met meer sterfte voor andere aandoeningen dan Covid-19 als effect. Daarnaast is er het toenemende beroep op psychische hulpverlening. Laten we ook de toenemende eenzaamheid van ouderen, zeker in de verzorgings- en verpleeghuiszorg niet vergeten, evenals de soortgelijke problemen in de gehandicaptenzorg. En dan hebben we het alleen over de zorg. De economische schade is levensgroot. De staat pompt miljoenen in de ondersteuning, maar toch is dat niet afdoende. Vele ondernemers, zeker de kleinere, en vooral de zzp’ers staat het water aan de lippen of zelfs er overheen.

Een sector die veelal vergeten wordt is de culturele sector. Ook daar is het worstelen om boven te blijven. Nog belangrijker is het gemis van cultuur als essentiële factor in ons leven. Het lijkt alsof voor politici en hun wetenschappelijke adviseurs cultuur als een soort ‘vermaak’ geldt, iets dat we niet nodig hebben, als iets dat nutteloos is, dat overbodig is. Het miskent volledig het belang van de culturele sector.

Voor lange termijn nadelen is nauwelijks aandacht. Het is alsof dat van later zorg is. Ze zijn ook niet direct zichtbaar; dat heeft meer tijd nodig. Toch wordt er voldoende aandacht voor gevraagd door veel maatschappelijke groeperingen, verontruste leerkrachten, artsen, gedragswetenschappers en vele anderen. Het gaat hier om meer dan herstel van de economische groei. Het meest belangrijke is de invloed op de gezondheidstoestand van de bevolking, gezondheid als veelomvattend begrip. Het is niet alleen het minder bewegen, de toename van adipositas, het sociale isolement, sterker bij alleen wonenden en jongeren, en het grotere beroep op de GGZ, maar ook het lange termijn effect op de levensverwachting en het aantal levensjaren in goede gezondheid[7].

Een apart probleem is de grote wissel die de maatregelen trekken op de ontwikkeling van kinderen en adolescenten[8]. Behalve eenzaamheid, minder sociale contacten, leerachterstanden en meer gezondheidsproblemen zijn vooral de mentale problemen, die jaren kunnen voortbestaan, een grote zorg. De Tweede Kamer heeft dan ook om een deltaplan Jeugd gevraagd[9]. Al de genoemde ontwikkelingen hebben dan ook nog eens grote financiële gevolgen.

Daarnaast zijn er onverwachte effecten die zowel een korte als lange termijn negatieve invloed hebben. Deze vinden we bij de hulpverleners. Deze waren al in toenemende ontevreden met hun werk door alle extra administratieve lasten, zeer drukke werkweken, gebrek aan personeel, om enkele redenen te noemen. Het leidde tot meer vertrek uit de zorg of zelfs geheel stoppen. Het is duidelijk geworden dat de huidige crisis dit niet verbetert, maar eerder verslechtert[10]. Hierbij speelt een belangrijke rol dat professionals zich niet gehoord en gesteund voelen. Burnout neemt toe. Dat er meer belangstelling bij jongeren is om een opleiding in de zorg te kiezen is mooi, maar neemt de zorgen niet weg. Hoe lang blijven de nieuwkomers?

Recent brachten nu het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP)[11] en de Raad voor de Volksgezondheid en Samenleving (RVS)[12] rapporten uit waarin ze hun zorgen over de ontwikkelingen en de toekomst uitspreken.

 

‘Een jaar met corona’

Het voorwoord van Kim Putters, directeur SCP, in het rapport met de bovenstaande titel begint met “Corona heeft grote gevolgen voor het dagelijks leven van mensen.” Als je het rapport leest is dat niet te veel gezegd, eerder veel te zacht gezegd. Daarbij valt nog op te merken dat de onderzoeksgegevens verzameld zijn van juli tot oktober 2020. Dus het onderzoek eindigt voor de tweede ‘lockdown’. Dat is, in het rapport wordt dat ook uitgesproken, jammer, maar toch wordt een beperkte blik ook op later gericht.

Kim Putters zegt verder “Onduidelijk is nog hoe groot de gevolgen op de langere termijn zijn, maar de zorgen zijn groot. De maatregelen zijn sinds deze meting aangescherpt, en naarmate de maatregelen strenger zijn en langer duren, zullen de gevolgen groter zijn.”

De conclusies die getrokken worden zouden anders kunnen zijn wanneer de laatste maanden worden onderzocht. Hierop zullen we moeten wachten. Een andere beperking van het onderzoek is de samenstelling van de onderzoeksgroep. Het is geen representatieve steekproef en waarschijnlijk zijn “laaggeletterden, anderstaligen en mensen met beperkte digitale vaardigheden” minder aanwezig in de onderzoeksgroep. En sommige subgroepen zijn te klein om hiervoor apart resultaten te laten zien.

Desalniettemin zijn er wel degelijk conclusies te trekken, maar let op, de resultaten beschrijven de situatie tot in oktober 2020.

Enkele hoofdlijnen. Het welbevinden van de onderzochte groep was redelijk stabiel gebleven met als uitzondering jongeren, adolescenten en studenten. Hier is het welbevinden gedaald. Onder deze groep steeg de werkloosheid, evenals onder mensen met een laag opleidingsniveau en niet-westerse migranten. Het inkomen daalde bij bijna een kwart van de totale groep, maar niet evenredig over de subgroepen verdeeld. Zzp’ers melden een duidelijk grotere inkomensdaling.

De jongeren worden door ouderen gezien als veroorzakers van de toename aan positief geteste personen. De wrijving tussen jong en oud is toegenomen, ook tussen zieken en gezonden. Het draagvlak voor de koers die het kabinet vaart is na een aanvankelijke opleving tijdens de eerste golf nu duidelijk lager. Minder dan de helft van de onderzochte groep was er tevreden over.

Niet verwonderlijk wijst het rapport op een mogelijke toename van negatieve gevolgen nu de maatregelen zijn verscherpt en veel langer gaan duren dan voorspeld. Hier zijn de gezondheidstoestand, het afschalen van reguliere zorg en meer mentale problemen een extra zorgenpost.

Hoewel er oplossingen voor op zijn minst een deel van de problemen denkbaar en nu al uitvoerbaar zijn, worden de al bestaande problemen in het sociale domein als een grote hindernis gezien. De hoge werkdruk in dit domein en de uitputting van de financiën lijken hier eerder meer problemen te veroorzaken dan oplossingen te bieden.

Het rapport geeft tevens aan dat het fundamenteel is dat er voldoende vertrouwen blijft bestaan. Vertrouwen in de medeburger dat deze zich net zoveel moeite troost om ervoor te zorgen dat de samenleving weer meer vrijheden zal kennen. Daarnaast, “voldoende vertrouwen in de wetenschap, de overheid en de politiek zijn belangrijk, zodat zo veel mogelijk mensen zich goed aan de maatregelen houden om deze effectief te maken in het indammen van het virus.” Hier lijkt het langzamerhand aan te schorten, wanneer we de dagelijkse nieuwsberichten lezen en zien.

In zijn essay De machinekamer van de coronacrisis[13] schrijft Putters: “bij een crisis die zoveel verschillende domeinen van ons leven raakt, is het van belang om kennis uit zoveel mogelijk wetenschappelijke disciplines en vakgebieden te betrekken.” Dat is in een crisis niet eenvoudig. Er wordt meestal vanuit gegaan dat een eenduidige en krachtige leiding hier tot de beste resultaten leidt. In dit geval heeft de overheid een sterk sturende rol en legt maatregelen op. Putters: “de reflex vanuit een rationalistisch perspectief is veelal de handhaving te versterken en meer top down te sturen of verantwoordelijkheden te scheiden.” Bij een meervoudige crisis gaat deze vlieger niet op, hoogstens aan het begin. Hier moeten verschillende partijen hun rol zodanig kunnen spelen dat er draagvlak ontstaat voor de te nemen en genomen maatregelen. “Ruimte geven aan ‘tegenmacht’ is cruciaal voor een open, transparante, gedragen besluitvorming.”

Duidelijk wordt ook hier dat er een genuanceerde aanpak nodig. Putters gebruikt de metafoor van de machinekamer. Hierin wordt op grond van alle beschikbare instrumenten de koers bepaalt, vastgehouden en zonodig bijgestuurd. Het verlangt nogal wat van het kabinet. “Vroegtijdig signaleren, ingrijpen met noodmaatregelen, maar ook navigeren en vooruit kijken. Daar is professionele bemanning met diverse deskundigheden bij nodig. Als iedereen naar die ene werktuigkundige gaat staren raakt de koers uit zicht.” Vooralsnog staren we vooral naar het OMT.

 

Tunnelvisie van Sytse Dijkstra

https://www.werkaandemuur.nl/nl/werk/Tunnelvisie/183740/393

 

‘Wissels omzetten …’

De Raad voor de Volksgezondheid en Samenleving (RVS) begint haar advies Wissels omzetten voor een veerkrachtige samenleving met als tweede zin “De coronacrisis tast niet alleen onze fysieke gezondheid aan, maar ook onze mentale gezondheid, onze manier van samenleven en ons welzijn. De landelijke maatregelen om besmettingen te voorkomen, staan vaak haaks op andere belangen en waarden in de samenleving. De gevolgen slaan bovendien onevenredig hard neer bij alleenstaanden, mensen met een beperking en jongeren.” Dit is duidelijke taal. In het vervolg wordt gesproken over “de tijd voor verandering is aangebroken”, “we moeten nú fundamenteel anders gaan denken en doen” en “daarvoor moeten we wissels omzetten.”

Het advies stelt vervolgens de nieuwe regering een viertal wissels voor, vier prioriteiten om een andere samenleving tot stand te brengen. De aanleiding voor het advies is de huidige pandemie, maar daarnaast spelen ook andere argumenten, voortkomend uit diverse nota’s, en uit alle mogelijke initiatieven in de samenleving een belangrijke rol.

Waar het de Raad omgaat is dat er meer gekoerst moet worden “op een gezonde en ook mentaal veerkrachtige samenleving, en minder op de medische zorg voor het individu. Meer op kwaliteit van leven en minder op het (door)behandelen bij ziekten.”

Om welke wissels gaat het?

  1. In de eerste plaats dus om meer aandacht voor de samenleving en minder nadrukkelijk op het individu. Dit veronderstelt dat ervoor gezorgd wordt dat de ongelijkheden in de samenleving verminderd worden, dat mensen een gegarandeerde bestaanszekerheid kunnen hebben en dat gezondheidsachterstanden teruggedrongen worden.
  2. Hierbij past de tweede wissel waarin wordt aangegeven dat de aandacht voor leefstijl weliswaar juist is, maar dat er meer aandacht voor een gezonde leefomgeving dient te komen. Dit maakt een gezonde leefstijl gemakkelijker te realiseren. ‘
  3. De derde wissel legt de nadruk op waardegedreven zorg, op samenwerking in de zorg, waardoor het ook aantrekkelijker wordt in de zorg werkzaam te zijn. Het vraagt om herbezinning op welke zorg we willen leveren, welke zorg we willen ontvangen en op welk moment en hoe lang. Niet alles wat mogelijk is, is zinnig.
  4. De laatste wissel gaat over publiek belang, samenwerking en loslaten van het institutionele belang. Maak de complexe financiering eenvoudiger, haal schotten weg.

In een interview[14] met de voorzitter van de Raad, Jet Bussemaker, komt naar voren dat “het advies van Bussemaker is bedoeld voor op de formatietafel en kijkt veel verder dan de huidige discussie over versoepelingen.” Volgens haar moet er nu anders gekeken gaan worden. Het debat is in de ogen van Bussemaker veel te veel “verengd” tot een debat met een uitsluitend medisch perspectief. De blik was uitsluitend gericht op virusbestrijding. Het wordt ook tijd voor een ander vaccin, een sociaal vaccin. Bussemaker: “We sturen nu heel eenzijdig op de R van het virus, terwijl we weten dat bestaansonzekerheid ook besmettelijk is van generatie op generatie. Dat noem ik de alternatieve R, die moeilijker in cijfers is uit te drukken.”

Met het sociaal vaccin wil de RVS ervoor pleiten dat in het volksgezondheidsbeleid een andere koers gevaren wordt en niet een klein beetje, maar “fundamenteel.” Het gaat om anders omgaan met de gezondheidszorg. De aanpak moet verschuiven naar preventie, naar het voorkomen van ziekte. Nu richten we ons te veel op het behandelen en dan ook nog eindeloos, terwijl stoppen meer op zijn plaats zou zijn. Genoeg huiswerk voor een nieuw kabinet. Gevraagd hoe hoopvol ze is dat de politiek luistert, niet in oude reflexen terugvalt en een radicaal ander beleid omarmt, beleid waar ook de zorgverzekeraars intussen voor pleiten,

zegt Bussemaker: “Ik ben bang voor die oude reflexen, maar als er nou een moment is om die te doorbreken is het nu. We zitten nog middenin de crisis, maar denken ook dat we het ergste achter de rug hebben. Het is tijd voor een wederopbouwperiode, tijd om de wissels om te zetten. Dit is een cruciaal moment, als we het nu niet goed doen gaan we daar nog heel erg lang spijt van krijgen.“

 

nl.wikipedia.org

 

En nu verder

Het rapport, het essay, het advies en het interview met Jet Bussemaker gelezen hebbend blijft het de vraag wat het nieuwe kabinet of de Tweede Kamer ermee gaat doen. Tot nu toe lijkt het er niet op dat de adviezen van het SCP veel gewicht in de schaal leggen, hoewel Kim Putters zo nu en dan aanschuift bij het overleg van de ministers. Jet Bussemaker blijft meer op afstand. Het OMT heeft meer invloed op de besluitvorming. We zien hier de verenging waarover Bussemaker spreekt, het staren naar die ene werktuigkundige in de beeldspraak van Putters. En zij niet alleen.

In het OMT, aldus Hieke Huistra, wetenschapshistorica aan de Universiteit van Utrecht, en columniste van Trouw[15], “zitten alléén medici, geen sociologen of gedragswetenschappers.” Een euvel waar al meer scribenten op gewezen hebben. Huistra: “OMT-voorzitter Jaap van Dissel vindt dat logisch, want: het OMT is er voor de kwaal, niet voor de bijwerkingen.”

Het advies van de RVS is in lijn met andere en eerdere adviezen, Zorg voor de Toekomst[16] en de Landelijke Nota gezondheidsbeleid Gezondheid breed op de agenda[17]. Dit maakt het minder gericht op de huidige crisis, maar legt wel de vinger op de zere plek. Niet alleen in algemene zin, maar ook heel nadrukkelijk in deze tijd. De adviezen dienen er ook toe de samenleving veerkrachtiger te laten worden en daarmee ook beter bestand te laten zijn tegen (infectie)ziekten en een eventuele volgende epidemie beter te kunnen weerstaan.

Ook als de directe dreiging van de crisis wegebt, is er meer dan genoeg te doen. Er moet breder gekeken worden. Waar blijven de acties? Het wordt tijd het kokerkijken en de tunnelvisie achter ons te laten, in de volle breedte veel meer aandacht aan de toekomst te besteden en het vooral niet bij mooie woorden te laten. Dat er een diversiteit van meningen is bij beleidsmakers, is niet erg, maar er zal gehandeld moeten worden met het belang van de burger in het oog, niet het belang van de eigen politieke partij of op organisatie. Het gaat niet alleen om ons aller toekomst, maar vooral van de generaties na ons, te beginnen met onze kinderen. Het is de vraag of het demissionaire kabinet de koers zal verleggen. Het lijkt er niet op. De formatie zal eveneens eerder een hindernis hiervoor blijken dan een oplossing. Een nieuw kabinet èn nieuwe koers zijn er niet morgen. Waarschijnlijk zullen we merken dat ‘nog even volhouden’ het tot vervelens toe herhaalde advies blijft voor de maanden tot de zomer. Of nog langer?

 

Bijlage

Voorbeelden uit de statistiek.

Voor de eerste twee (https://www.youtube.com/watch?v=O-3Mlj3MQ_Q)

Het startpunt van de X-as in een grafiek is vaak het moment waarop de eerste n patiënten, n positief geteste personen of n sterfgevallen optreden. Dit moment is voor de getoonde landen niet op hetzelfde moment. Dit gegeven heeft sommige landen het voordeel gegeven dat ze wisten wat er aan kwam, zodat zij maatregelen hebben genomen die mogelijkerwijze van invloed waren. Of hiermee de vergelijkbaarheid nog overeind blijft is een grote vraag.

Een tweede voorbeeld is dat de Y-as soms lineair is en dan weer logaritmisch. Wij zijn gewend naar lineaire beelden te kijken. Onze interpretatie van de logaritmische schaal gaat daardoor mis.

Als derde de zogenaamde Simpson paradox (https://www.youtube.com/watch?v=t-Ci3FosqZs). Hierbij laten de totale data een ander beeld zien dan de uitgesplitste. Trefor Bazzet, als wiskundige verbonden aan de Universiteit van Victoria, Canada, laat dat mooi zien aan het voorbeeld van de sterftecijfers in de eerste golf in China en Italië. De totaalcijfers laten zien dat je sterftekans in China lager is dan in Italië. Maar als je dan deze data per leeftijdscategorie bekijkt komt een ander beeld naar voren. In alle leeftijdscategoriën sterven er in Italië minder mensen dan in China. Omdat echter dit laatste land een overwegend jonge bevolking heeft tellen voor het totaal de ouderen het meest. Dus, per categorie doet Italië het beter, maar over het geheel zijn er minder sterfgevallen in China.

 

Noten



[1] Artsen Covid Collectief (https://artsencollectief.nl/)

https://www.skipr.nl/nieuws/artsen-verdeeld-over-nadruk-op-coronazorg/

Soetenhorst B: Viroloog vraagt om meer lef” ‘Open terrassen en sportscholen’. Parool, 7 maart 2021

[2] Wier M. van de: ‘Reserveer desnoods ruimte voor reguliere zorg, desnoods ten koste van covidpatiënten. Trouw, 6 maart 2021

[3] Rutgers M.J: Corona: bevindingen en afwegingen: werken de maatregelen? Civis Mundi 2021, 107 (https://www.civismundi.nl/index.php?p=artikel&aid=6374)

[4] https://maurice.nl/2021/03/12/vs-leren/

[5] Tracking covid-19 excess deaths across countries. The Economist Graphic detail, 9 maart 2021 https://www.economist.com/graphic-detail/coronavirus-excess-deaths-tracker

[6] https://www.maurice.nl/2021/03/07/jaccuse/

[7] Graat J: Corona stort Nederland in een beweegcrisis die levensjaren kost. Trouw, 12 maart 2021

[8] Loades M.E. et al: Rapid Systematic Review: The Impact of Social Isolation and Loneliness on the Mental Health of Children and Adolescents in the Context of COVID-19. J Am Acad Child Adolesc Psychiatry 59 (11):1218–1239, 2020

[9] Boerema I: Pandemie beïnvloedt mentale gesteldheid jongeren. https://guusschrijvers.nl/pandemie-beinvloedt-mentale-gesteldheid-jongeren/

[10] Goddard A., Patel M:  The changing face of medical professionalism and the impact of COVID-19. Lancet 397: 950-952, 2021

[11] Klerk M. de et al: Een jaar met corona. SCP, maart 2021, Den Haag

[12] Bussemaker J. et al: Wissels omzetten voor een veerkrachtige samenleving. RVS, 5 maart 2021, Den Haag

[13] Putters K: De machinekamer van de coronacrisis. SCP, februari 2021, Den Haag

[14] Dool P. van den: ‘De hoogste tijd voor een sociaal vaccin”. Interview met Jet Bussemaker. NRC, 5 maart 2021

[15] Huistra H: Tijdens zo’n epidemie heb je de sociale wetenschappen nodig. Trouw, 6 maart 2021

[16] Min. VWS. Discussienota Zorg voor de Toekomst. December 2020, Den Haag

[17] Min. VWS. Gezondheid breed op de agenda. Landelijke nota gezondheidsbeleid 2020-2024. Mei 2020, Den Haag