Azië

Civis Mundi Digitaal #125

door Jan de Boer

De strijd tegen corruptie in Vietnam

De strijd tegen corruptie in Vietnam

 

Het Vietnamese medische bedrijf « Viet A Technology » kreeg in februari 2020 een fikse subsidie om in samenwerking met de « Academie de médicine militaire » een test voor Covid-19 te ontwikkelen. Het ministerie van wetenschap en technologie dat deze subsidie toekende, verklaarde twee maanden later dat de Wereldgezondheidsorganisatie het gebruik van de test goedgekeurd had. De Vietnamese pers bewierookte « Viet A Technology », dat in 2021 onderscheiden werd door de president. Ondanks de felle concurrentie van geïmporteerde producten, met name vanuit China, verdiende de onderneming fors, want het land met zijn honderd miljoen inwoners testte van de vroege morgen tot de late avond.

Maar eind 2021 werd de baas van het bedrijf gearresteerd wegens het kunstmatig verhogen van de prijs van zijn testen met 35% en het betalen van steekpenningen aan de verantwoordelijken van de provinciale controlecentra. Bovendien had de Wereldgezondheidsorganisatie de test helemaal niet goedgekeurd. Sindsdien heeft het met veel rumoer geleide onderzoek door het anticorruptie-bureau van de Vietnamese Communistische Partij bijna zestig personen de kop gekost. Onder hen bevinden zich ambtenaren, militairen, wetenschappelijk onderzoekers, zakenlieden, alsook de minister van volksgezondheid, Nguyen Thanh Long, en de president van het Volkscomité (= burgemeester) van Hanoi, Chu Ngoc Anh, verantwoordelijk voor misbruik en schending van wetten toen hij tot en met 2020 minister van wetenschap en technologie was. Alle twee werden uit de partij gezet en gearresteerd.

De affaire, die in de pers de naam « de bom Viet A » kreeg, is voorlopig de laatste van een serie opzienbarende onderzoeken die corruptiepraktijken en meer in het algemeen de vergiftigde relaties tussen de zakenwereld en de staatspartij aan het licht hebben gebracht. Half april werd de vice-minister van buitenlandse zaken gearresteerd wegens het accepteren van steekpenningen van gedurende de coronapandemie in het buitenland in de steek gelaten Vietnamezen die graag met regerings-hulpvluchten huiswaarts wilden keren.

Een vice-minister van volksgezondheid werd in mei veroordeeld tot vier jaar gevangenisstraf wegens het autoriseren van foute medicijnen. Wat het leger betreft werden in april de partijchef en de vroegere commandant van de kustwacht gearresteerd wegens verduistering van fondsen. In de privé-sector werden eveneens arrestaties verricht.

Deze versnelling van de anti-corruptiestrijd valt samen met een poging om de eerste keuze te worden na China, waaruit Westerse en Aziatische bedrijven zich geheel of gedeeltelijk terugtrekken. Vietnam is in trek bij buitenlandse investeerders. De strijd tegen corruptie en plichtsverzaking is nauw verbonden met de sterke man van het communistische regime, Nguyen Phu Trong, de algemeen secretaris van de Vietnamese Communistische Partij die sinds 2013 de bezem door de partij heeft gehaald. De onderzoekster Thaveeporn Vasavakul van het Amerikaanse onderzoekscentrum « Governance Support Facility Initiatives »: « Het verschil met de periode daarvoor is dat de algemeen secretaris officieel heeft erkend dat de verantwoordelijken van de partij zelf de oorzaak van het probleem waren, hetzij doordat zij direct corrupt geworden waren of doordat zij anderen hielpen met corrupte handelingen. Tot 2013 concentreerde de anti-corruptiestrijd zich voornamelijk op kleine verschillen in het werk van de regering en de administraties en raakte zij maar zeer zelden de officiële leden van de partij, laat staan de hoger op de ladder geplaatsten. Maar in 2020 onthulde de eerste balans van het anti-corruptieagentschap sancties of vervolgingen tegen duizenden kaderleden, waarvan 27 huidige of vroegere leden van het Centrale Comité, 4 leden van het Politieke Bureau en 30 generaals. In 2010 waren te midden van 1011 gestrafte personen onder meer de partijleider van een provincie, een vice-minister en 10 generaals.

De campagne van Nguyen Phu Trong heeft, net als in China, ook een politieke functie: het onderdrukken van rivaliserende groepen in de partij en mogelijke tegenstanders voor de hoogste post in het land. De 78-jarige Ngyuen Phu Trong, een conservatief die de pro-Chinese factie van het regime vertegenwoordigt, heeft in 2016 zijn belangrijkste concurrent, de hervormings- en Westersgezinde premier Nguyen Tan Dung uitgeschakeld, en is erin geslaagd de in het partijprogramma vastgelegde termijn van maximaal twee mandaten te veranderen. Zo heeft hij zich op het laatste congres van de Vietnamese Communistische Partij in januari 2021 weer kunnen laten herkiezen voor een derde mandaat.

In een in 2021 gehouden toespraak heeft hij het woord « moraliteit », oftewel deugdzaamheid, ruim veertig keer gebruikt en nog « agressievere, draconischer en snellere » maatregelen beloofd in de strijd tegen de corruptie. In mei 2022 werden daartoe in iedere provincie besturen ingesteld. Er is dus sprake van een intensivering van de campagne: een teken van de machtsstrijd binnen de Vietnamese Communistische Partij.

 

Geschreven in augustus 2022