Een dystopische wereld: van literair bedenksel tot de werkelijkheid van nu?
Deel 17. Een verwarrende roman met enkele dystopische kenmerken

Civis Mundi Digitaal #132

door Maarten Rutgers

De Nederlandse auteur Leon de Winter (1954), veelvuldig gelouterd, geniet een grote bekendheid als auteur van romans, columnist en publicist, daarnaast veelvuldige televisieoptredens. Aanvankelijk wilde hij zich richten op het maken van films, hij volgde enkele jaren de filmacademie. Al vroeg publiceerde hij zijn eerste werk, om daarna niet meer te stoppen. Zijn bekendheid nam ook toe door zijn publicistische werk, columns en politieke artikelen. Het lied van Europa[1] is zijn meest recente werk. De belangrijkste aanleiding tot bespreking hier is het aan de roman toegeschreven dystopische karakter.

Het is een kloek boekwerk, ruim 400 pagina’s, met een opvallende omslag: het schilderij De ontvoering van Europa van de Zwitsers-Franse kunstenaar Felix Valloton (1865-1925), geschilderd in 1908. Het is een fase in zijn leven waar hij veelal schaars- of ongeklede dames afbeeldde. Het genoemde schilderij hangt in het Kunstmuseum te Bern. Het is een thema uit De Metamorfosen van Ovidius, dat al op Romeinse fresco’s voorkomt. Vele schilders hebben het eveneens gebruikt. Zo zijn er uitvoeringen van Rubens, Jordaens en Rembrandt, om slechts enkele beroemde te noemen. Opmerkelijk is dat daar waar Ovidius duidelijk over een melkwitte stier spreekt en de genoemde kunstschilders dit ook uitbeeldden, Valloton ervoor koos de stier bruin te laten zijn. De Winter kiest ervoor een belangrijke rol aan een Europa te geven, in zijn roman een jonge vrouw, een Russische met “een huid zo wit als een Russische sneeuwvlakte”. Bij Valloton is dat niet zo duidelijk. Wel heeft ze enigszins rossig lijkende haren, die we bij De Winters Europa ook vinden.

 

 

Het lied van Europa

De roman speelt in de toekomst, maar blikt ook even terug. In het eerste hoofdstuk is het 2018 en vandaar worden we in de volgende hoofdstukken meegezogen door de tijd, om in 2047 uit te komen, met nog even een terugblik op 2025.

De start in 2018 brengt ons naar Syrië, waar de burgeroorlog op zijn hoogtepunt is. De roman eindigt in Brabant met de dood van twee hoofdrolspelers, die in het eerste hoofdstuk nog niet voorkomen. Tussendoor talloze verwikkelingen, waarvan de samenhang soms moeilijk te vatten is. Het levert veel tekst en dus een dikke pil, met een bijna onmogelijke opgave uit de doeken te doen wat er allemaal aan de orde wordt gesteld in deze roman.

Terug naar het begin, de oorlog in Syrië. Een spannend en aangrijpend hoofdstuk met een verrassend einde. Het leest vlot en houdt de spanning goed vast. Het duurt daarna nog vele pagina’s en jaren lang alvorens de hoofdrolspeler van het beginhoofdstuk weer op het toneel verschijnt, nu als statushouder in Nederland. In de tussentijd worstelt de lezer met het waarom van het eerste hoofdstuk. En dat ook nog omdat de vaart er dan wat uit lijkt. Dit wordt verderop in het boek weer goedgemaakt, hoewel de uitwaaieringen het lastig maken. Vele beschreven details zouden ook weggelaten kunnen worden zonder de gang van het verhaal te schaden.

Wat wil de schrijver de lezer duidelijk maken; welke verhaallijn is er? Een belangrijke hoofdrolspeler is journalist Nico Levi met daarnaast Anna, de vrouw met wie hij een tijdlang een verhouding heeft. Al vroeg in het boek vernemen wij van de moord op zijn jonge zoon, die bijzondere sneakers gaat kopen en dan onverwacht in een ruzie met twee hem onbekende, buitenlands ogende jongeren overhoop geslagen wordt, op het station van Den Bosch. De sneakers zijn spoorloos verdwenen en de moord wordt niet opgelost. We schrijven 2025. Het hoofdstuk met 2023 is kort en de lezer kan zich alleen maar afvragen, waar moet dit heen? Dat hier Nico spreekt blijkt pas later.

Er dienen zich opnieuw verhaallijnen aan. We zijn dan in 2039 aangeland. Hier treffen we Matthijs. Hem kwamen we al even tegen in 2023. Een mengelmoes van ongerijmdheden, maar ook herkenbare momenten komen langs.

 

Waanzin

Matthijs ontmoet Ropa, oftewel Europa, een jonge Russische vrouw met een bijzonder roerig verleden met wie hij verder door het leven gaat. Hier wordt de Winter expliciet in zijn beschrijvingen van haar lichaam, haar wulpsheid en haar voorkeur voor zinnelijk genot. Zij is degene die het lied van Europa, haar lied, het beroemde Katyusha, zingt, maar pas veel later in de roman. Het wordt steeds ingewikkelder. Overal losse eindjes, nieuwe korte verhaallijnen zonder duidelijkheid over het waarom. Centraal is iedere keer dat Nico Levi een rol speelt, als persoon, als verhalenverteller, als journalist, als columnist. Brabant staat centraal. De Winter kent dit gebied waar hij opgroeide op zijn duimpje.

In 2039 wordt een juwelier overvallen door “twee jochies”. Omdat er eerder al overvallen waren geweest had hij een pistool – het was van een oudoom geweest. Terwijl ze hem lastig vallen ziet hij kans het pistool te pakken en schiet hij beiden neer, dood. Er volgt een rechtszaak. Er omheen ontstaat onrust. Later in de roman – het is intussen 2040 – wordt hij dood aangetroffen. Aangereden. Het is het signaal dat onlusten doet ontstaan in een wereld waarin het toch al onrustig is. Op dat moment wordt duidelijk wat de schrijver met de titel van zijn roman bedoelde. Europa spreekt de dag na de dood van de juwelier een menigte toe en besluit haar lied te zingen: het lied van Europa, het Russische lied Katushya. Het wordt een hit. Niet veel later komt ze op ongelukkige wijze om. Nu wordt het echt pas een janboel. In een wereld die al veel kenmerken van onderdrukking vertoont met losse elementen die we kennen uit andere dystopische romans ontstaan dan “de Dagen van Waanzin”. Plunderingen, brandstichtingen en nog veel meer. Veiligheidsmaatregelen nemen toe. Nico Levi zou via sociale media schuldig zijn aan provocatie en ophitsing en “kwam in opspraak als agitator en verspreider van nepnieuws. Hij wordt gezien als een van de aanstichters van de Dagen van Waanzin.” Hij duikt onder. Uiteindelijk doet de politie een inval en komen hij en Anna, de vrouw met wie hij eerder samenwoonde, om het leven. We schrijven 2048.

 

Dystopie?

De roman werd in de pers aangekondigd als dystopisch. Als we het langs de meetlat voor dystopische romans leggen, zien we dat de roman aan enige criteria voldoet. Het verhaal speelt grotendeels in de toekomst; een toekomst die rauw en ongezellig is. Er is een burgeropstand, een oorlog aan de gang. De controle over de burgers is sterk toegenomen, waarbij digitale systemen een rol spelen. Maar er ontbreekt ook het een en ander. Wat dan? Je kunt beter spreken van een roman met dystopische elementen, dan over een dystopische roman.

 

Tot slot.

De roman als geheel is onbevredigend. Sommige stukken zijn spannend en goed geschreven. Ze nemen je mee. Andere zijn rommelig; je vraagt je dan af waarom ze zijn opgenomen in de roman. Ook de verhaallijnen zijn zeer matig. Het is begrijpelijk dat de recensies[2] ook niet allemaal lovend zijn. Eerder het omgekeerde en dat op verschillende gronden. Leon de Winter heeft betere romans geschreven.

 

Noten


[1]   Winter L. de: Het lied van Europa. Hollands Diep, Amsterdam, 2022

[2]   Vullings J: Het lied van Europa: wervelende toekomstroman over het continent (****). EW, 26 oktober 2022

Houwelingen B. van: Leon de Winter wil in ‘Het lied van Europa’ vooral zijn eigen, voorspelbare punt maken. Volkskrant, 22 november 2023

Jerobeam: Het lied van Europa – Leon de Winter, november 2022 https://depiependemeerkoet.nl/het-lied-van-europa-leon-de-winter/

Keikes A: Recensie: Leon de Winter – Het lied van Europa, 18 november 2022 https://www.tzum.info/2022/11/recensie-leon-de-winter-het-lied-van-europa/

Kok A: Eindeloos zeuren over wat niet meer gezegd mag worden in ’Het lied van Europa’ van Leon de Winter | Recensie. Friesch Dagblad, 11 december 2022

Somers M: Wat als woke wint? NRC, 14&15 januari 2023

Voskamp N: Het lied van Europa: voorspelbare toekomstroman, 24 januari 2023 https://bazarow.com/recensie/het-lied-van-europa/