Civis Mundi Digitaal #29
Hoe kan dat nou?
Hieronder een kritische analyse en een advies.
1.
Niet alles wat oneerlijk is kan corruptie genoemd worden. Om voor corrupt in aanmerking te kunnen komen, heeft iemand een bepaalde status en enige macht nodig waarvan eventueel misbruik gemaakt kan worden. De kassière in de buurtsuper heeft wel enige macht ( zij kan een graai in de kassa doen), maar geen status. Ergo: zij is niet corrupt, maar ‘gewoon’ een dievegge. Dit in tegenstelling tot b.v. een politicus of directeur van een woningbouwcorporatie. ‘Eerlijk’ is niet in één zin te definiëren; het is zoveel. Van Dale (14e uitgave, 2005) spreekt bij eerlijk over: niet liegen, wars van leugen en bedrog. Synoniemen zijn daar ‘oprecht’ en het wat oubollig klinkende ‘deugdzaam’ en ‘rechtschapen’, termen die worden gebruikt om een hoog gewaardeerde morele eigenschap mee te duiden. ‘Rechtschapen’ wordt geduid als ‘onkreukbaar’, ‘oprecht’, en ‘waarachtig’. De filosoof Cornelis Verhoeven (“Dierbare Woorden”, Damon, Budel, 2002) merkt ten aanzien van ‘onkreukbaarheid’ op dat het als positieve morele kwaliteit veroverd moet worden op een vorm van kwetsbaarheid. Voorwaarde voor onkreukbaarheid is het hebben van eenzelfde sociaal maatschappelijke status als degene die kan worden aangemerkt als corrupt. Voor Verhoeven is onkreukbaar een antoniem van corrupt.
De vraag is of je iets tegen corruptie kunt doen. Mijn veronderstelling is: nauwelijks, zoals dat geldt voor de misdaadbestrijding in het algemeen. Je kunt iemand bestraffen, omdat hij aantoonbaar corrupt is (geweest). Samen met corruptie wordt vaak in een adem gesproken over ‘integriteit ‘. In het Latijn, waar zijn bakermat ligt, is het in betekenis verschoven van het kwantitatieve ‘heel’, ‘onbeschadigd’, ‘ongedeerd’, of ‘compleet tot in alle details’, naar het kwalitatieve en ethische ‘eerlijk’, ’ niet toegankelijk voor corruptie’, en ‘onkreukbaar’ (Verhoeven). De van Dale geeft als synoniem ‘rechtschapen’.
Kort door de bocht: een mens heeft de keus uit OF integer te zijn, OF corrupt te zijn, OF ‘alleen maar’ niet eerlijk. Wie zich met ‘eerlijk’ bezig houdt, stuit ook op het begrip ‘rechtvaardigheid’; een ethische verdienste en een deugd (!) voor mensen met macht. Al eerder kwam het woord ‘deugd’ voorbij in ‘deugdzaam’. De term deugd is al lang uit de mode. Deugd is het kernbegrip van Aristoteles’ ethiek: een goed mens kun je alleen zijn wanneer je dat ook wilt zijn vanuit het diepst van je wezen. (Zie ter vergelijking Kant, die vond dat de morele juistheid van een handeling ligt in de intententie van die handeling). Aristoteles spreekt dan ook meestal over rechtvaardig zijn. Ik noem Aristoteles hier, omdat hij op het terrein van de moderne theorieën van rechtvaardigheid nog altijd een grote rol van betekenis speelt. Bij Aristoteles wordt de term ‘rechtvaardig’ uiteindelijk gebruikt voor slechts drie zaken: motieven, handelingen en resultaten. Vaak spreekt hij over rechtvaardig handelen, een enkele keer over rechtvaardige resultaten, maar meestal over rechtvaardig-zijn, over de deugd (bron: artikel van M.L.J.Wissenburg, hoogleraar Politieke Theorie aan de Radboud Universiteit Nijmegen). Ik neem die drieslag over ten aanzien van ‘integer’, met de nadruk op zijn: integer-zijn.
2.
Eerlijk moestuinen = het vermijden van alles wat het ecosysteem kan schaden. Eerlijk geproduceerde kleding = de productiemethoden moeten zowel op het gebied van sociale omstandigheden als op het gebied van milieuvriendelijkheid zo goed mogelijk zijn. Maar wat is een eerlijke prijs? En bestaat er (ook een beschrijving van) eerlijke politiek?
De politieke besluitvorming begint in het hoofd van de politicus. De besluitvorming is een afspiegeling van het denken van de politicus. ‘Politiek’ is een product van de geest. Is de geest vergiftigd, geldt dat ook voor het product. Metaforisch: de verslaving van een zwangere vrouw is schadelijk voor het ongeboren kind. Een vergiftigd lichaam baart een vergiftigd kind. Uitdaging is om een a.s. moeder clean te maken c.q. te houden voor en gedurende de zwangerschap (en nog een poosje daarna als ze borstvoeding geeft).
Integer-zijn kleurt het denken en het gevolg van dat denken, het handelen. In integer-zijn gaat het over een mentaliteit, een geestesgesteldheid. Een vermogen dat in ons is als een eigendom. Nadenken over integer-zijn of corrupt-zijn, betekent nadenken over gedrag, respectievelijk de reden van dat gedrag, overtuigingen en ideeën, het geweten, en uiteindelijk over levensbeschouwing. Wij bevinden ons namelijk op het veld van de ethiek, waar men zich bezighoudt met onderzoek naar datgene wat met moraliteit te maken heeft.
3.
Inzake integriteit maken veel organisaties gebruik van de diensten van een Compliance Officer. Dat is iemand die aangesteld is om toe te zien op de naleving van wet- en regelgeving binnen de organisatie. De NationaleBeroepengids.nl omschrijft het beroepsprofiel van een Compliance Officer als volgt: “ De Compliance Officer is verantwoordelijk voor de bescherming van de reputatie en de integriteit van een bedrijf. (…) Als Compliance Officer bevind je je tussen de mazen van regel- en wetgeving. (…) Je identificeert alle wetten en regels die geldend zijn voor de business en signaleert mogelijke compliance-issues. Feitelijk is de Compliance Officer altijd bezig het reputatie- en integriteitsrisico van het bedrijf (en haar medewerkers) of de organisatie zoveel mogelijk te beperken. (……).”
Dat dat laatste niet altijd lukt valt af te lezen aan al de verwikkelingen, om maar eens een paar gevallen te noemen, rond SNS Bank, Rabo Bank, KPMG, Woningcorporatie Vestia, Ordina, Fugro, Ballast Nedam, Imtech, SBM Offshore………Een en ander wekt op zijn minst de schijn dat de voornaamste taak van een Compliance Officer bestaat uit het opruimen van rotzooi. Maar ook los daarvan kan worden geconstateerd dat een Compliance Officer eerder repressief dan preventief acteert. Zijn of haar achtergrond is ook bij voorkeur Legal, de Accountancy of Bedrijfseconomisch. De preventieve actie is die van een Ethicus , iemand die gekwalificeerd is in nadenken over gewetenskwesties en als zodanig adviseert waar het gaat om de bedrijfs- of organisatie ethiek. Bijvoorbeeld in nadenken over en het uitwerken in termen van beleid van een integrale visie op een duurzame bedrijfsvoering. Dat is iets wat heel nadrukkelijk niet behoort tot het takenpakket van de Compliance Officer. In tegenstelling tot een Ethicus houdt een Compliance Officer zich niet bezig met een praktische wijsbegeerte die handelt over de zedelijke begrippen en gedragingen, over wat goed en kwaad is. En als dat wel het geval is, dan toch op een heel andere wijze, namelijk als Jurist.
4.
Het was in de aanloop naar het partijcongres van 2013, dat de toenmalige voorzitter van de VVD, de heer Korthals, in een in “Trouw” gepubliceerd interview verklaarde dat er ‘vuistregels’ zouden komen……”die alle bestuurders moeten onderschrijven. Je moet te allen tijde verantwoording af kunnen leggen. Je moet altijd in het belang van de partij handelen. Dienstbaar en betrouwbaar zijn. De fracties van het Europees Parlement en de Eerste en Tweede kamer krijgen vertrouwenspersonen. Bovendien kan een permanente commissie integriteit onderzoek doen, zowel op eigen houtje als op basis van meldingen.” Ook merkte hij op het van belang te vinden “ dat integriteit bij iedereen tussen de oren zit.”
En zo geschiedde.
“In het kader van haar integriteitsbeleid heeft het Hoofdbestuur van de VVD besloten dat er per kamercentrale minimaal één tot maximaal twee vertrouwenspersonen benoemd dienen te worden. De vertrouwenspersonen kunnen worden geconsulteerd door alle VVD leden ongeacht hun functie binnen de partij. De vertrouwenspersonen verzorgen de eerstelijns opvang voor VVD leden die melding willen maken van een integriteitskwestie of rondlopen met een dilemma, maar voor wie het een brug te ver is om direct de commissie integriteit in te schakelen. Ook indien men twijfelt of een kwestie zich leent voor beoordeling door de commissie integriteit, kan men deze in eerste instantie voorleggen aan een vertrouwenspersoon.”
Bovenstaande tekst is te vinden op www.vvd.nl
Daarna komt het tot een opsomming van de namen en de contactgegevens per kamercentrale van de tweeëntwintig vertrouwenspersonen. Verderop op de site worden de vijf leden van de Permanente Commissie Integriteit vermeld.
De achtergond van 18 van de tweeëntwintig vertrouwenspersonen heb ik kunnen achterhalen. Hier volgt een opsomming.
Sociale Wetenschap , Management , Rechten , Organische Chemie , Politie Academie , MBA , VWO , Politicologie , Biologie , Economie , Geschiedenis , BIOS , Ethiek – t.w.mevrouw Heleen Dupuis, lid van de Eerste Kamer.
De huidige Commissie Integriteit bestaat uit de heren Jan-Kees Wiebenga, die als specifieke deskundigheid heeft het Nederlands Recht; de financieel manager Willibrord van Beek; MPAer en Master of Laws, Han Moraal; Clemens Cornielje die Biologie en Wiskunde heeft gestudeerd; en tenslotte nóg een specialist op het gebied van het Nederlands Recht, mevrouw Tila zur Lage.
5.
Eerder heb ik geprobeerd onderscheid te maken tussen een Ethicus c.q. moraal filosoof en een Compliance Officer, een op wet- en regelging gefocuste professional. Op grond van mijn eigen professie en ervaring, stel ik vast dat het karakter van de functie van vertrouwenspersoon vooral dat van de Ethicus benadert, en veel minder dat van de Compliance Officer. Wat in een gesprek met een vertrouwenspersoon aan de orde komt, betreft vooral het geweten. Wat opvalt bij kennisname van de lijst vertrouwenspersonen, is dat er waarschijnlijk onvoldoende nagedacht is over de (beroeps)eisen die gesteld mogen worden aan de vertrouwenspersoon. Men heeft m.i. namelijk niet voldoende helder waar het over gaat als er wordt gesproken over integriteit, over integer-zijn. Integer-zijn wordt vooral gekoppeld aan Legal, aan compliance en niet of nauwelijks aan een innerlijke morele kwaliteit.
Op grond van hun studie en door ervaring gekwalificeerde vertrouwenspersonen, zijn mensen die daarenboven ‘belangeloos’ zijn, wat betekent dat zij het begrip ‘Epoche’ kunnen praktiseren. ‘Epoche’ is in de oude Griekse filosofie het moment waarbij al de oordelen betreffende het bestaan van de uiterlijke wereld en al de acties in die wereld, worden opgeschort. Vertrouwenspersonen spreken zich (dus) niet uit over ‘goed en kwaad’. Zij doen niets meer maar ook niet minder, dan iemand kritisch over zijn eigen denken te laten nadenken, zonder er zelf iets van te vinden. De conclusie van die ander, aan het eind van dat proces hoeven zij ook beslist niet te delen. Dat is zelfs niet aan de orde. Wel hebben zij, door voortdurend door te vragen, bewerkstelligd dat er een doordachte uitkomst is. Zij zijn a.h.w. een hulplijn in het uitrekenen van een hoek, die wordt weggegumd nadat de berekening is voltooid. Hun kwaliteit bestaat er uit dat er meer en anders en beter wordt nagedacht over integriteit ‘an sich’ en wat dat betekent in de praktijk van alle dag.
En dat is waaraan de VVD behoefte heeft.
Waar de VVD geen behoefte aan heeft, zijn vertrouwenspersonen die geen vertrouwenspersonen zijn zoals hierboven bedoeld. De VVD heeft namelijk mensen aangesteld, die de activiteiten van mensen die de integriteitsverklaring hebben ondertekend, toetsen aan deze op schrift gezette code. De VVD heeft Compliance Officers aangesteld.
6.
Hoe gecompliceerd kan (nadenken over) integriteit zijn? Een voorbeeld.
Toen Margaret Thatcher werd begraven, waren er mensen die de begrafenisstoet de rug toekeerden. Zij waren vol rancune over wat Thatcher met haar politiek in het leven van mensen had aangericht. Onder Thatcher nam de innovatie een vlucht, de productiviteit steeg, de overheid maakte plaats voor particulier initiatief. Maar aan wie kwam die vooruitgang ten goede? In 1979, toen zij aantrad, leefde 13% van de Britten onder de armoedegrens. In 1990, toen zij aftrad, was dat 22%. De werkloosheid vloog omhoog van ruim 3% naar 10%. Intussen vierden de rijken feest – zij werden almaar rijker – en mochten de whizzkids van de financiële wereld ongestoord hun gang gaan. Haar beruchte uitspraak “dat er niet zoiets bestaat als een samenleving”, rijmt precies met de gedachte dat het in deze wereld ieder voor zich is. Wie verzuipt heeft te weinig zijn best gedaan om te zwemmen (bron: artikel in ‘Trouw’ ).
Mijn veronderstelling is dat Thatcher geloofde in wat zij deed, in waar zij mee bezig was. Het was niet haar intentie (!) ellende teweeg te brengen. Zij was ongetwijfeld ten volle overtuigd van haar integriteit. Redenen genoeg indertijd om aan Thatcher te vragen: mevrouw, als u spreekt over integriteit, waarover hebt u het dan? Want is het wel eerlijk allemaal?
Met alle respect, maar een dergelijk gesprek aan te gaan, is niet iets voor een Juridisch gespecialiseerde Compliance Officer.
7.
Gelezen op www.tilburguniversity.nl.
“De aandacht voor de politieke ontevredenheid van burgers in het eerste decennium van de 21e eeuw is aanzienlijk toegenomen. Dat blijkt uit het proefschrift waarop Claartje Brons op 10 oktober promoveert aan Tilburg University. Uit haar analyse van de onvrede blijkt dat de kritische burger politici ziet als moderne heiligen.
Claartje Brons onderzocht de aard van de onvrede van burgers in Nederland aan het begin van de 21e eeuw. (….) In de kritiek van ontevreden burgers klinkt bovenal een sterk verlangen door naar moreel leiderschap van politiek vertegenwoordigers en gezagsdragers . Men ziet de politicus als moderne heilig die te allen tijde het goede voorbeeld dient te geven (accentuering van mij LJP)
(…..) Brons doet aanbeveling om het negatieve beeld van een geprivilegieerde politieke elite naderte onderzoeken en waar mogelijk te ontkrachten. Bewustwording en training bij politieke
ambtsdragers en hun ambtelijke ondersteuning over behoorlijk bestuur en integriteit past bij deze opgave.
Voor een interview met NRC handelsblad (10-10-2014) tekende de interviewer nog op: “ Het is de vraag of politici en politieke partijen zich voldoende bewust zijn van het morele karakter van het oordeel dat burgers continu vellen. In hoeverre kennen zij de ethische opvattingen van burgers ten aanzien van hun beroepsgroep en houden ze er rekening mee, bijvoorbeeld in hun politieke communicatie of bij het werven en trainen van politici? En hoe gaan zij om met de privileges, verantwoordelijkheden en morele dilemma’s die onlosmakelijk aan hun positie verbonden zijn?”
8.
Ten slotte.
Mijn advies aan zowel de VVD als aan het bedrijfsleven, is om over te gaan tot het aanstellen van Ethische Compliance Officers naast – waar nodig – Juridische Compliance Officers. Een effectieve bewustwording inzake integriteit vergt een diepe, proactieve overdenking.
* Lourens J.Posthumus (1946) werkte als geestelijk verzorger c.q.
vertrouwenspersoon bij Defensie. Hij is lid van Transparency International - Nederland, lid van de Vereniging voor Filosofische Praktijk en ook meedenker bij Ikkiesvooreerlijk. Hij is onafhankelijk Denkadviseur.