Civis Mundi Digitaal #117
Geen idee of er in Nederland artikelen van de Amerikaanse econoom Stephen Marglin zijn vertaald. Eén van deze artikelen, « What do bosses do? », gepubliceerd als samenvatting in een collectief werk in 1973, werd opnieuw maar dan integraal heruitgegeven in 2004 (Bruno Tinel, ENS Editions). Deze professor van Harvard, die begon als een briljant neoklassiek econoom, stelde zich in dit werk recht tegenover de toen dominerende economische theorie, volgens welke het salarisniveau wordt bepaald door het marktevenwicht tussen aanbod en vraag van werk. Hij toonde aan dat dit zich vooral liet verklaren door dominerende verhoudingen binnen een onderneming. Hij werd zo een boegbeeld van hen die men in de Verenigde Staten « radicale economen » noemde.
Stephen Marglin publiceerde deze zomer een boek dat de bekroning is van zijn lange loopbaan: « Raising Keynes. A Twenty-First-Century General Theory », Harvard University Press) dat hij op 22 november presenteerde tijdens een seminar op de universiteit van Genève. Hij stelde er een nieuwe lezing voor van het belangrijkste werk van de Britse econoom John Maynard Keynes (1883-1946), « The General Theory of Employment, Interest and Money » (1936). Volgens hem had de lezing van de neo- en post-Keynesianen de werkelijke betekenis van zijn woorden verraden. Inderdaad, in werkelijkheid hebben zij de door Keynes voorgestelde analyse van het slecht functioneren van het kapitalisme gebruikt voor het ontwerpen van modellen die in staat stelden deze disfuncties te corrigeren.
Deze interpretatie ligt aan de basis van sinds vijftig jaar gebruikte politiek-economische instrumenten voor het hervinden van het « natuurlijk evenwicht » tussen prijzen, salarissen en productie: inflatie, « versoepeling » van de arbeidsmarkt, deregulering ter « bevrijding » van economische groei, etc. Maar voor Stephen Marglin laat Keynes in werkelijkheid zien dat het kapitalisme niet de capaciteit van zelfregulering bezit; zijn disfuncties zijn onverbrekelijk verbonden met zijn functioneren. De vorming van monopolies en oligopolies, de verwoesting van hulpbronnen, werkloosheid, ongelijkheid van inkomens en financiële crises zijn daar deel van. Het betreft hier geen « externe effecten » die « interne effecten » zouden kunnen worden door een beter functioneren van markten, maar van het functioneren van de markten zelf.
Na vijftig jaar onderzoek te hebben gedaan naar salarissen, prijzen, de relaties tussen inkomens en economische groei, en die tussen kosten en opbrengsten, is Marglin tot de conclusie gekomen dat, zoals Keynes al had aangetoond, het kapitalisme absoluut niet geschikt is om het beste gebruik van hulpbronnen te realiseren, en nog veel minder om volledige werkgelegenheid te creëren, dat wil zeggen aan eenieder de mogelijkheid te bieden om te werken voor zijn eigen en het collectieve welzijn. Een democratische, liberale staat kan dus niet alleen een « regelaar » zijn die de tekortkomingen van de markt corrigeert met begrotingsuitgaven of met een fiscaal stimuleringsbeleid, maar hij moet voor honderd procent een economische actor zijn, een « sociale investeerder » in staat om gemeenschappelijke goederen te produceren. In werkelijkheid is er al een begin zonder dat de dominante economische theorie en de hierdoor geïnspireerde politieke toespraken het onderkennen. Marglin had al in voorafgaande werken, zoals « The Dismal Science » (Harvard University Press 2010) opgemerkt hoe concepten en ideeën van « mainstream »-economen vertaald werden in de ultra-liberale ideologieën die de politieke wereld in de laatste decennia hebben gedomineerd. Er bestaat geen Ronald Reagan of Margaret Thatcher zonder Milton Friedman. Stephen Marglin droomt ervan om vandaag de dag krachtige politieke progressieve bewegingen in Europa en de Verenigde Staten te zien (ontstaan) met een economische theorie, ver van de allesverwoestende kapitalistische economie gebaseerd op oneindige groei en consumptie, die met de realiteit en de noodzakelijkheden van de eenentwintigste eeuw rekening houdt. En dat in de schaduw van de grote Keynes.
Ik droom graag met Stephen Marglin mee.
Geschreven in december 2021