Civis Mundi Digitaal #118
Het Journal of Near-Death Studies (JN-DS) is een uitgave van de International Association For Near-Death Studies (IANDS) die driemaal (eerder vier keer) per jaar verschijnt. Het herfstnummer van 2019 is geheel gewijd aan een artikel van de gepensioneerde natuurkundigenJack A. Mroczkowski en Alexis P. Malozemoff en de reacties daarop.
In hun artikel stellen Mroczkowski en Malozemoff dat het een toenemende trend is dat auteurs die schrijven over de nabij-de-doodervaring, buitenlichamelijke ervaring, telepathie en dergelijke de kwantumfysica gebruiken om hun argumenten kracht bij te zetten. Zij zien dit als meeliften op het succes van de kwantumfysica door meestal niet-kwantumfysici die meestal geen diepgaande kennis hebben van de kwantumfysica en deze daardoor verkeerd interpreteren en misbruiken.
Nadat ze relevante principes van de kwantumfysica uiteen hebben gezet, geven ze een aantal voorbeelden van verkeerd begrijpen van de kwantumfysica of het doen van buitenissige aannamen over de kwantumfysica. Die vinden ze in de boeken van Pim van Lommel (Consciousness Beyond Life: The Science of the Near Death Experience / Eindeloos bewustzijn), Deepak Chopra (Ageless Body, Timeless Mind, Quantum Alternative to Growing Old), Joe Dispenza (You are the Placebo: Making your Mind Matter), Amit Goswami (Physics of the Soul: The Quantum Book of Living, Dying, Reincarnation and Immortality) en Gary Schwartz (Super Synchronicity: Where Science and Spirit Meet).
Kort samengevat zeggen Mroczkowski en Malozemoff eigenlijk: ‘Schoenmaker hou je bij je leest en verkoop geen onzin’. Goswami, de enige kwantumfysicus onder de genoemden, vinden ze een bedenker van hypothesen die ver buiten de geaccepteerde kwantumfysica liggen. Daarbij merken ze op dat hij, net als Dispenza, doceert aan de Quantum University in Honolulu, Hawaii, wat bij hen blijkbaar de wenkbrauwen doet fronsen. Gunstiger is hun oordeel over Dean Radin die in zijn boek The Conscious Universe kwantumfysische verschijnselen als analogie of metafoor heeft gebruikt zonder daaraan wetenschappelijke verklaringen te verbinden.
Naast het dikwijls verwarrende, misleidende of ronduit foute steunen op de kwantumfysica, vinden Mroczkowski en Malozemoff dat, wat ze zijn tegengekomen niet gunstig is voor de financiering van wetenschappelijk onderzoek van de NDE, omdat bij de toekenning van gelden vaak sceptische wetenschappers zijn betrokken.
Na het artikel van Mroczkowski en Malozemoff volgen reacties van de genoemde schrijvers, waarin inhoudelijke discussie en persoonlijk verweer door elkaar lopen. Daarom ben ik blij dat Bernardo Kastrup, die niet door Mroczkowski en Malozemoff is genoemd, door de redactie van JN-DS werd gevraagd om op hun artikel te reageren. Kastrup staat buiten de partijen en heeft een uitstekende beschouwing geschreven.
Voor het vervolg van dit artikel gebruik ik daarom zijn Reasonable Inferences From Quantum Mechanics: A Response to “Quantum Misuse in Psychic Literature”[1].
Kastrup zegt veel van wat Mroczkowski en Malozemoff naar voren brengen te onderschrijven, maar vindt ook dat zij in hun kritiek doorslaan. In negen, door hen in hun artikel opgevoerde, specifieke technische punten behandelt hij hun kritiek. Ik geef ze vereenvoudigd en verkort weer waarbij ik steeds begin met het, eveneens vereenvoudigde en verkorte, bezwaar van Mroczkowski en Malozemoff in cursief.
Het denkbeeld dat de fysieke wereld een ’illusie’ is volgt niet uit de kwantumfysica.
De wereld is als niet-illusoir te beschouwen als de meetbare fysische eigenschappen ervan bestaan, ongeacht of en hoe ze worden waargenomen. Dit is volgens de kwantumtheorie niet het geval. Voordat ze zijn waargenomen zijn fysische grootheden slechts mogelijkheden.
Daardoor verkeert het idee van een fysieke wereld die onafhankelijk is van waarneming, en daardoor ’echt’ is, in ernstige problemen. En lijkt het volkomen redelijk om te beweren dat, voor zover het de kwantumfysica betreft, de fysieke wereld die mensen normaal gesproken ervaren inderdaad verwant is aan een ‘illusie’.
2 Persoonlijke fysieke realiteiten
Mroczkowski en Malozemoff bekritiseerden de uitspraak van Deepak Chopra dat ’de fysieke wereld, inclusief ons lichaam, een reactie is van de waarnemer. We creëren ons lichaam terwijl we de ervaring van onze wereld creëren’. Chopra erkent dat ’dit enorme aannames zijn, de ingrediënten van een nieuwe realiteit’, maar ’ze zijn allemaal gebaseerd op de ontdekkingen van de kwantumfysica die bijna honderd jaar geleden zijn gedaan’.
Volgens Carlo Rovelli’s[2] Relational Quantum Mechanics (RQM) is de hele fysieke wereld relatief aan de waarnemer op een manier die analoog is aan beweging. Er zijn geen absolute - dat wil zeggen waarnemeronafhankelijke - fysische grootheden.
Dit is door experimenten bewezen, de fysieke wereld is inderdaad relatief ten opzichte van de waarnemer op een manier die analoog is aan beweging. De implicatie is dat elke persoon, als individuele waarnemer, zijn eigen fysieke wereld ’bewoont’, zoals die gedefinieerd is door de context van iemands eigen waarnemingen.
Dit komt heel dicht in de buurt van Chopra’s idee dat elke persoon in een fysieke realiteit leeft die gecreëerd is als reactie op zijn eigen waarnemingen.
3 Keuze en willekeur
Ineenstorting van de golffunctie levert willekeurige uitkomsten op, waardoor een persoon wordt verhinderd een bepaalde gewenste uitkomst te kiezen of te beogen.
Het gaat hier om het associeren van de zogenaamde ‘ineenstorting van de golffunctie’ met (bewuste) waarneming. De kritiek betreft de suggestie dat intentie de overgang van mogelijkheden naar gedefinieerde bestaansvormen rechtstreeks kan beïnvloeden.
Van de twee aspecten die zijn genoemd, sluit willekeur geen enkele uitkomst uit en kan de invloed van intentie behoren tot fysische processen of organiserende principes die de huidige wetenschap nog niet herkent.
4 Synchroniciteit
Er is niets m.b.t. de kwantumtheorie dat de seriële toevalligheden kan verklaren die ten grondslag liggen aan synchroniciteit.
Dit is een stropopredenering. Het gaat er namelijk niet om, dat langs deze weg synchroniciteiten verklaard kunnen worden, maar dat - anders dan de klassieke fysica - de kwantumfysica hier ruimte voor laat.
Kwantumvoorspellingen gelden alleen op statistisch niveau, de uitkomsten van individuele metingen - individuele observaties van gebeurtenissen - zijn niet-deterministisch en onvoorspelbaar. Binnen de acausaliteit doen zich echter zinvolle toevalligheden voor, een verschijnsel dat door psychiater Carl Jung en natuurkundige en Nobelprijswinnaar Wolfgang Pauli beschreven is als ‘synchroniciteit’. Hieraan zouden archetypische patronen ten grondslag liggen die zich niet beperken tot de menselijke psyche, maar ook optreden in de fysieke wereld in het algemeen.
Volgens de kwantumfysica is de natuur op het meest fundamentele niveau niet deterministisch. Dit opent de deur naar andere, bij de wetenschap nog onbekende, organiserende principes.
De schijnbare willekeur van ineenstorting van golffuncties, die leidt tot willekeurige uitkomsten, is niet in tegenspraak met synchroniciteit. De natuur kan zichzelf organiseren volgens globale archetypische patronen.
5 Leegte
De conclusie dat materie grotendeels uit lege ruimte bestaat volgt niet uit de moderne kwantumfysica omdat de golffunctie (van de subatomaire deeltjes) de ruimte vult.
Hier wordt aangenomen dat de golffunctie overeenkomt met een objectief bestaande fysieke entiteit die uitgesmeerd is over de ruimte. Voor deze stelling bestaat in de natuurkunde geen consensus.
Leeg betekent dat er geen massa aanwezig is. Omdat massa een meetbare, ’waarneembare’ fysieke grootheid is, kan men pas van haar bestaan spreken na het ineenstorten van de - massaloze - golffunctie. Wat dan rest zijn massa-bevattende subatomaire deeltjes. Als het totale volume van een atoom vergeleken wordt met het totale volume van de samenstellende massa-bevattende subatomaire deeltjes - zoals quarks en leptonen - dan blijkt het atoom inderdaad grotendeels leeg te zijn. En dus bestaat materie grotendeels uit lege ruimte.
6 Bewustzijn als veroorzaker van ineenstorting
Dat bewustzijn de achterliggende oorzaak zou kunnen zijn van de overgang van louter mogelijkheden naar gedefinieerde fysieke grootheden is niet bewezen en wordt niet algemeen aanvaard door kwantumfysici.
Hoewel strikt correct is dit wederom een stropopredenering. Immers, geen enkele interpretatie van de kwantumfysica is bewezen of algemeen aanvaard door kwantumfysici.
Als bewustzijn de ineenstorting van de golffunctie niet veroorzaakt, dan volgt daaruit dat een levenloze entiteit daar verantwoordelijk voor moet zijn. Echter, de bewering dat levenloze objecten kwantummechanische metingen kunnen uitvoeren is fundamenteel problematisch. John von Neumann - een van de grootste wiskundigen uit de moderne geschiedenis - betoogde dat wanneer twee levenloze objecten op elkaar inwerken ze eenvoudig kwantummechanisch met elkaar worden verstrengeld. Ze worden verenigd op zo’n manier dat het gedrag van de een onlosmakelijk verbonden raakt met het gedrag van de ander, maar er wordt geen daadwerkelijke meting uitgevoerd. De levenloze wereld is een ondeelbaar fysiek eenheidssysteem dat wordt bestuurd door de kwantummechanica. Er zijn geen detectoren die metingen uitvoeren, er is alleen de ene levenloze wereld. Bovendien is de uitkomst van een meting pas bekend wanneer die door een persoon bewust is waargenomen.
7 Decoherentie
Decoherentie is verantwoordelijk is voor vernietiging van kwantuminterferentie-effecten en vindt altijd plaats voor enige bewuste observatie.
De suggestie wordt gedaan dat decoherentie alleen, en niet bewustzijn, de overgang van louter potentialiteiten naar gedefinieerde fysieke grootheden verklaart. Dit is een misvatting aangezien decoherentie wel de informatie van kwantumtoestanden praktisch ontoegankelijk maakt, maar de overgang van golven naar deeltjes niet verklaart en ook niet uitsluit dat het bewustzijn de oorzaak is van de ineenstorting.
8 Microscopisch versus macroscopisch
Kwantumfenomenen komen meestal voor op microscopisch niveau en conclusies die daar gelden kunnen niet worden geëxtrapoleerd naar de macroscopische wereld van tafels en stoelen.
Hier kunnen we kort over zijn, er bestaan geen fundamentele verschillen tussen de macro-wereld van tafels en stoelen en de microwereld van kwantumfenomenen. Immers, de macrowereld en de microwereld zijn dynamisch gekoppeld en de grens tussen beide is zo onduidelijk dat er in feite geen grens is. Daarom is er in principe niets verkeerd aan extrapolatie van micro naar macro.
9 Superluminale informatieoverdracht
Verstrengeling kan niet worden gebruikt voor informatieoverdracht die sneller dan het licht is, zoals wordt gedaan door superluminale communicatie op te voeren als basis voor psi-verschijnselen.
Op het meest fundamentele niveau van de werkelijkheid - daar waar psi-verschijnselen zich voordoen - bestaat geen behoefte aan informatieoverdracht. In de bewustzijnsstaat van de NDE (nabij de dood ervaring) zijn NDE-ers één met alle bestaan en dus is de informatie in kwestie al ‘in hen’. Niets hoeft van de ene plaats naar de andere te worden gecommuniceerd, omdat de informatie, ex hypothesi, al ‘overal’ is.
Voor psi-verschijnselen is ’superluminale communicatie’ niet noodzakelijk en in dit verband is ’verstrengeling’ bedoeld om de mogelijkheid te onderstrepen dat de kosmos fundamenteel een unitair geheel is.
Commentaar
Kastrup eindigt met een samenvattend commentaar, waarin hij de herhaaldelijk door Mroczkowski en Malozemoff gedane suggestie afwijst, dat pas nadat de gemeenschap van fysici over een bepaald standpunt overeenstemming heeft bereikt, anderen zich daarover mogen uitlaten. Ten eerste bestaat er geen consensus onder fysici over enig standpunt als het gaat om interpretaties van kwantumfysica en ten tweede is het niet reëel te denken dat alle discussies kunnen worden beeindigd die hierover gaan buiten de kring van fysici.
Bovendien hebben fysici duidelijk gemaakt dat de wereld niet is zoals we die waarnemen en dit alleen heeft al enorme gevolgen op bijna elk gebied van menselijke activiteit. Van niet-fysici kan niet worden verwacht dat ze doen alsof dit niet bij hen bekend is en ook zijn fysici niet de exclusieve eigenaar van hun resultaten.
Verder is speculatie niet iets van niet-fysici, fysici geven zich over aan de meest vergezochte bedenksels: meerdere verschillende soorten parallelle universums, 10 of meer ruimtelijk dimensies, tijd bestaat niet echt, tijd is het enige dat bestaat, donkere materie, donkere energie, enzovoorts. Hiermee vergeleken zijn verwijzingen naar kwantumverschijnselen door niet-fysici gematigd en conservatief.
Kastrup sluit af met te stellen dat Mroczkowski en Malozemoff een punt hebben voor wat betreft het misbruiken van de autoriteit van de natuurkunde om valse of onwaarschijnlijke beweringen voor wetenschappelijke feiten door te laten gaan. Echter, dit is niet wat de schrijvers waar ze hun pijlen op richten hebben gedaan. Gezien de resultaten uit de fysica is wat Van Lommel, Chopra, Dispenza, Goswami en Schwartz betoogden redelijk, hooguit is het soms minder goed geformuleerd.
Hij concludeert dat daardoor Mroczkowski en Malozemoff eerder hebben bijgedragen aan de verwarring over de kwantumfysica dan aan het tot een einde brengen hiervan. Tot zover - verkort, vereenvoudigd en deels in mijn woorden - de kritieken van Mroczkowski en Malozemoff en de beschouwing van Bernardo Kastrup.
In hun daarna volgende bijdrage in JN-DS reageren Mroczkowski en Malozemoff uitgebreid op de reacties die zij met hun artikel bij de genoemde schrijvers hebben uitgelokt en op de beschouwing door Kastrup. Deze behandel ik niet afzonderlijk, het zou dit artikel te lang maken.
Samenvattend herhalen Mroczkowski en Malozemoff dat naar hun mening Chopra en de anderen niet begrijpen, waarom de meeste huidige fysici de gedachte afwijzen dat bewustzijn de kwantumineenstorting veroorzaakt. Tevens worden volgens hen ideeën van de schrijvers over een universeel bewustzijn niet gerechtvaardigd door hoe kwantum-nonlokaliteit thans door fysici wordt begrepen. En verder is naar mening van Mroczkowski en Malozemoff de kosmos veel minder verstrengeld en holistisch dan de schrijvers veelal aannemen. Hierdoor blijven zij erbij dat het misbruiken van de kwantumfysica door de schrijvers - c.q. ’psi-schrijvers’ in het algemeen - een serieus probleem is en de geloofwaardigheid van ’psi-onderzoek’ ondermijnt.
Na zich doorheen het herfstnummer van 2019 van JN-DS te hebben gewerkt blijft de lezer zitten met de vraag wie gelijk heeft, degenen die in de kwantumfysica antwoorden denken te vinden op hun vragen over een achter de dagelijkse werkelijkheid liggende ’echte werkelijkheid’ of zij die dit afwijzen, omdat volgens hen de kwantumfysica hier geen aanleiding voor geeft.
Het door Kastrup genoemde niet schromen door fysici, om kond te doen van de vele buitennissigheden die ze zich voorstellen en onderzoeken - en niet te vergeten de resultaten die dit heeft gebracht - maakt dat de laatste optie de keuze voor stilstand en dogma’s lijkt in te houden. Op het pad naar meer kennis over de natuur, de werkelijkheid en onszelf - onze niet-stoffelijke essentie - verder komen, vraagt om het verkennen van alle mogelijkheden voor kennisverrijking, ook - en misschien wel vooral - die welke de kwantumfysica biedt.
Het zal duidelijk zijn dat de kwantumfysica door de door Mroczkowski en Malozemoff genoemde schrijvers - en vele anderen - niet wordt misbruikt. Wat zij wel doen is het benutten van de ruimte die de kwantumfysica suggereert en waar ze toe uitnodigt. En dat is volledig legitiem.
Als laatste een tip voor geïnteresseerden:
Quantum Physics in Consciousness Studies, Dirk K. F. Meijer and Simon Raggett, Review/Literature compilation: The Quantum Mind Extended
(Te downloaden van:
https://www.academia.edu/28151558/Quantum_Physics_in_Consciousness_Studies)
Begrippen in volgorde van opkomst. In het - zeer! - kort:
Relationele kwantummechanica / Relational Quantum Mechanics (RQM): Rovelli’s interpretatie waarin waarnemerafhankelijkheid van kwantummetingen wordt benadrukt.
Golf-deeltje-dualiteit: Deeltjes - met massa - hebben tegelijk de eigenschappen van golven. Als een persoon meet is het altijd een deeltje.
Golffunctie: De kans om een bepaald deeltje op een bepaalde plaats aan te treffen.
Ineenstorting van de golffunctie: Stel de kans is 60% en direct na de meting wordt opnieuw wordt gemeten. Het deeltje bevindt zich dan nog op dezelfde plek. De golffunctie is zodanig veranderd dat de kans hierop 100% is geworden.
Kopenhageninterpretatie: Onbewezen, maar meest aangehangen, verklaring voor wat bij het meten gebeurt waardoor de kans om het deeltje op een bepaalde plaats aan te treffen nadat gemeten 100% is geworden terwijl die kans 60% was gebleven als niet was gemeten. Het deeltje was nergens en de meting dwong het als het ware een beslissing te nemen.
Verstrengeling: Verandering (meting) aan een deeltje doet een ander deeltje, waarmee het verstrengeld (innig verbonden) is, veranderen ongeacht waar en op welke afstand van elkaar de deeltjes zich bevinden (non-lokaal).
Stropopredenering (stroman/vogelverschrikker): Een type drogreden waarbij men niet het werkelijke standpunt van de tegenstander weerlegt maar een (karikaturale) variant daarvan.
Acausaliteit: Oorzaakloosheid
Archetype: Oermodel
Coherentie: Samenhang
Decoherentie: Proces waarbij kwantumtoestanden worden vernietigd door interacties met de omgeving.
Met dank aan Bernardo Kastrup Ph.D.
[1] Geïnteresseerden die niet over JN-DS beschikken kunnen dit artikel lezen via de website van de auteur: https://www.bernardokastrup.com/ Dit is sowieso aan te raden daar mijn weergave van deze discussie in TnL zeer beknopt moet zijn.
[2] Carlo Rovelli is een belangrijke theoretisch fysicus, wat o.m. mag blijken uit zijn plaatsing door Foreign Policy in 2019 op de lijst van 100 meest invloedrijke denkers.