Illustratie

Civis Mundi Digitaal #32

augustus 2015

Inhoudsopgave

Thema 1: Mens- en wereldbeelden

In de klassieke techniekfilosofie is er vooral oog voor de problematische kanten van technologische revoluties, in het bijzonder voor de vervreemdende effecten ervan, en houdt men daarom nauwgezet de grens tussen mens en techniek in het oog. Techniekfilosofen –  in Nederland bijvoorbeeld Peter-Paul Verbeek – zijn geneigd zich daar nu juist krachtig tegen af te zetten. Met de toenemende grensvervaging tussen mens en techniek moeten we leren denken niet alleen voorbij de mens als biologisch wezen, maar tevens voorbij het humanisme met zijn visie op de mens als autonoom moreel wezen, die als zodanig oordeelt over de technologie als te beoordelen object. Zij breken daartegenover een lans voor een posthumanistische ethiek, waarin morele oordeelsvorming tot stand komt met die onderlinge verwevenheid als referentiekader, zowel bij het ontwerpen van gedragsbeïnvloedende techniek als bij het reflecteren op de morele betekenis ervan.

In een korte bespreking van een publicatie hierover van Peter-Paul Verbeek stelt een hoogleraar Ethiek de ethische consequenties die getrokken worden uit de toenemende grensvervaging tussen mens en techniek ter discussie.

Ethische consequenties toenemende grensvervaging tussen mens en techniek ter discussie
Frans Jacobs

Bespreking van: Peter-Paul Verbeek, Op de vleugels van Icarus. Hoe techniek en moraal met elkaar meebewegen.Uitgeverij Lemniscaat, Rotterdam, 2014.

Thema 2: Liberalisme als westerse beschavingstraditie

Onder liberalisme als politieke ideologie kunnen we verschillende richtingen onderscheiden, wat vaak onvoldoende onderkend wordt. Zo is er in onze tijd een neiging liberalisme te vereenzelvigen met neoliberalisme. Al is dat sinds de jaren ’90 wel de meest dominerende verschijningsvorm ervan geworden, het is er zeker niet identiek mee. In recente publicaties van de Teldersstichting – de liberale denktank in Nederland, zoals zij zich presenteert – is dat nog eens onderstreept. Vorig jaar publiceerde zij onder de titel Eigenzinnige liberalen een boeiend overzicht van liberale politici van voor 1940, die zich onderscheidden als onafhankelijk denkende politici, in een tijd toen partij- en fractiediscipline nog taboe waren. Hierover een korte notitie. In het volgende nummer komt een bespreking van een publicatie van deze stichting over sociaal-liberalisme aan de orde.

Interessante terugblik op onafhankelijk denkende liberale politici van weleer
Wim Couwenberg

Bespreking van: Fleur de Beaufort, Joop van den Berg en Patrick van Schie, Eigenzinnige liberalen. Uitgeverij Boom, Amsterdam, 2014.

Thema 5: Het crisiskarakter van deze tijd

Thema 5.3: Ecologische crisis

Als reactie op de ecologische crisis van onze tijd staat in dit nummer de onhoudbaarheid centraal van overmatige consumptie en productie, evenals de vraag waarom men ondanks die ecologische crisis excessief blijft consumeren, en hoe dat te bestrijden. Met het oog hierop wordt een krachtig pleidooi gehouden voor de noodzaak voor een ecologisch verantwoorde en dus duurzame levenswijze. Dit alles wordt uiteengezet in het kader van zeer grondige bespreking van een recente belangwekkende publicatie over de filosofie van de eenvoud. In antwoord hierop volgt een indrukwekkend sociologisch commentaar, met daarin centraal de rol van mondiaal opererende machtselites die de meeste machtsinstrumenten beheersen of sterk beïnvloeden, zoals de overheid en de media. Zonder een ingrijpende transformatie van het bewustzijn van mensen zullen op zichzelf nuttige ecologische en sociale veranderingen (windmolens, zonnepanelen, CO2-opslag, een vegetarische levensstijl e.d.) betrekkelijk marginaal blijven.

In reactie op die bespreking stelt de politicoloog Hans Komen dat het neoliberale paradigma van die machtselites daarbij ook nadrukkelijk betrokken moet worden. Door de globaliserende processen van onze tijd is dit het toonaangevende ideologische paradigma geworden.

Waarom we niet eenvoudig leven: overconsumptie en productie als desastreus probleem
Piet Ransijn

Bespreking van: Marius de Geus, Filosofie van de eenvoud. Utrecht. Uitgave Jan van Arkel, 2015. 

Neoliberalisme, consumentisme, het ‘dreigende einde van de geschiedenis’ *
Hans Komen

Reactie en aanvulling op de boekbespreking van Piet Ransijn door Hans Komen

Thema 6: Staatkundige innovatie en staatkundige problemen

Thema 6.1: Staatkundige innovatie

In het vorige nummer (31) is op de benoeming van een partijloze kandidaat tot burgemeester van Maastricht positief gereageerd, in aansluiting op de kritiek onzerzijds sinds begin jaren ’70 van de vorige eeuw op het gangbare partijpolitieke benoemingsbeleid. Daarbij is ook verwezen naar een recent burgerinitiatief, getiteld Stop Partijpolitieke Benoemingen van de nieuwe politieke beweging Meer Democratie, dat een ongrondwettige monopoliepositie van onze toonaangevende politieke partijen en daarmee samenhangende machtspositie ter discussie stelt. In dit nummer publiceren we een verzoek van die beweging om dit burgerinitiatief mede te ondertekenen, met korte toelichting.

Thema 6.2: Staatkundige en constitutionele problemen

Met een reeks van heel nieuwe gezichtspunten als uitgangspunt is sinds de 18e eeuw een nieuw type beschaving gegroeid dat we tegenwoordig kort als moderniteit presenteren. Dat wordt voortgestuwd door het beheersings-en het bevrijdings motief als revolutionair grondmotief, waaraan een ‘revolution of rising expectations’ is ontsproten. In dit nummer wordt kort onderzocht hoe de polaire spanning tussen beide motieven theoretisch verwerkt is in de politieke/rechtsfilosofie en in de sociale en politieke wetenschappen.

Thema 9: Ontwikkelingsmogelijkheden en problematiek derde levensfase

Dat onze samenleving door een samenspel van factoren steeds meer vergrijst, is een feit dat nog overwegend in negatieve zin wordt ervaren en gewaardeerd. De nadruk ligt daarbij vooral op de financiële consequenties ervan. Die negatieve waardering uit zich ook in de maatschappelijke bejegening van het ouder worden. Als reactie op die negatieve waardering van ouderen is er een richting in het denken over vergrijzing die die tendens in meer optimistische zin probeert om te buigen.

Die meer optimistische visie op vergrijzing komt in dit nummer nader aan de orde, evenals een nieuwe invulling van de derde levensfase; maar ook een meer pessimistisch tegengeluid, met als centrale vraag: is langer leven wel zo leuk? Oud zijn is niet leuk. Nu al krijgen ouden van dagen het idee dat ze eigenlijk ballast zijn geworden. De periode van aftakeling, eenzaamheid en afzien wordt alleen maar langer. In lijn hiermee wordt naar aanleiding van een recente publicatie ook een traditionele en christelijk geïnspireerde visie op ouder worden en ouderdom onder de aandacht gebracht. De aftakeling van de ouderdom wordt in die visie blijmoedig gepresenteerd als een nieuwe spirituele kans. Daarbij wordt gerefereerd aan de traditie van spiritualiteit als basis voor een radicaal ander antwoord op de problematiek van ouderdom.

Traditionele en christelijk geïnspireerde visie op ouder worden en ouderdom. Ouder worden als een spirituele kans
Wim Couwenberg

Bespreking van: Jean-Jacques Suurmond, Meer geluk dan grijsheid. Spiritualiteit van de ouderdom. Uitgeverij Meinema, Zoetermeer. Zesde druk, 2014.

Thema 10: Vragen van leven en dood

Geen concept van de psychoanalyse van Freud is zo omstreden als de doodsdrift. In het vorige nummer is daarop nader ingegaan, naar aanleiding van een recente publicatie daarover. De cultuursocioloog Piet Ransijn reageert hierop in dit nummer. Een aspect van dit omstreden concept dat onderbelicht bleef, is het Nirvana-principe, dat het tegendeel is van die prikkeling en excitatie die gepaard gaat met het lustprincipe, te weten het tot rust komen via prikkelvermindering en transcendentie. Daarbij wordt ook Das Unbehagen in der Kultur, de laatste grote publicatie van Freud betrokken, ter verheldering van Freuds concept van de doodsdrift. Die reactie wordt aangevuld met een korte notitie over de doodsdrift en het lustprincipe van Freud.

Het ‘Nirvana-principe’ versus het lustprincipe in onze consumptieve en destructieve cultuur
Piet Ransijn

Aanvullende reactie op het artikel van Couwenberg over de doodsdrift

De visie van Freud: Eros en civilisatie, repressie en sublimatie
Piet Ransijn

Aanvulling op het artikel over het ‘Nirvana’-principe, de doodsdrift en het lustprincipe

Thema 13: Over de Lage Landen: ontwikkelingen en problemen

Wat de Nederlands-Vlaamse betrekkingen sinds lang in de weg staat, zijn de historisch gegroeide culturele verschillen die terecht de nodige aandacht blijven trekken. In de afgelopen jaren is die cultuurkloof in talrijke publicaties breed uitgemeten. Een expert op dit gebied is zeker de Vlaamse filosoof Paul Wouters, onlangs teruggekeerd naar zijn Vlaamse geboortestreek, na bijna 30 jaar in Nederland gewoond en gewerkt te hebben, en daar zijn expertise omtrent de Vlaams-Nederlandse betrekkingen verwerkt te hebben in zijn boek België-Nederland (2005). In Vlaanderen teruggekeerd herhaalt hij zijn visie op die betrekkingen in een nieuwe, volledig herziene en geactualiseerde editie van het vorige boek, met de bewust omgekeerde titel Nederland-België (2015), en met weer de nadruk op die culturele verschillen. Dat resulteert in zijn stelling dat het grootste misverstand tussen Vlaanderen en Nederland hierin bestaat, dat zij dezelfde taal denken te spreken. Niet alleen woordkeus, grammatica en betekenis lopen echter uiteen, maar zelfs het stemgeluid. De misverstanden tussen Belgen en Nederlanders als uitvloeisel daarvan zijn onontkoombaar, omdat zij verschillende levensvormen in culturele zin vertegenwoordigen. De slechtste dienst die we aan de relatie tussen goede buren kunnen bewijzen, is dat we aan die onderlinge verschillen te weinig aandacht schenken, stelt Wouters. 

Hoe verhouden Nederlanders zich tot Vlamingen/Belgen? Een boeiende causerie over culturele verschillen
Wim Couwenberg

Bespreking van: Paul Wouters, Nederland-België. Uitgeverij Lemniscaat, Rotterdam, 2015.

Thema 16: Over Abraham Kuyper anders dan als inspiratiebron en stuwende kracht van christelijke politiek

De ontwikkeling van de christelijke politiek in Nederland is niet denkbaar zonder de cruciale rol daarin van Abraham Kuyper. Hij is bekend geworden als Abraham de Geweldige. Hij was inderdaad geweldig in al zijn activiteiten: als theoloog (geestelijk vader van het neocalvinisme), als politicus (stichter en partijleider van de Anti-Revolutionaire Partij als eerste politieke partij in Nederland, en initiatiefnemer van de godsdienstig-politieke antithese die de Nederlandse politiek van de vorige eeuw tot 1940 bepaald heeft, en als minister-president van het eerste kabinet van de door hem gesmede christelijke coalitie), als wetenschapper (stichter van de Vrije Universiteit), en als journalist (stichter en eerste hoofdredacteur van de protestants-christelijke krant De Standaard). Daar mag nog wel eens aan herinnerd worden. Kuyper kwam onlangs opnieuw in de belangstelling door de tv-serie Om de oude wereldzee – eens Mare Nostrum, ‘Onze Zee’, de naam die Romeinen in hun tijd gaven aan de Middellandse Zee, die omsloten was door het toenmalige Romeinse Rijk – waarin hij gepresenteerd wordt in een heel andere context dan de christelijke politiek in Nederland. Naar aanleiding van die serie volgt hier een korte notitie van Hans Feddema over de kwetsbare kanten van deze grote man, met name bij bepaalde partijkeuzes, daarbij te veel gedreven door emoties.

Thema 17: Europese integratie versus Euroscepticisme

De EU verkeert opnieuw in een onzekere fase. Ondanks allerlei problemen (Griekenland als failed state, Russische bemoeienis met de burgeroorlog in Oekraïne en anti-Russische sancties als reactie daarop, implementatieproblematiek, EU-vijandig populisme, scherpe kritiek op het kapotmaken van Europa) en interne spanningen wordt toch moedig verder gewerkt aan de toekomst van de EU, zoals oud-Europarlementariër Jean Penders in dit nummer signaleert, door de aandacht te vestigen op het onlangs verschenen Vijf Presidenten Rapport, waarin een beslissende stap gezet wordt naar voltooiing van de EMU. Daarbij komt ook de Europese Volkspartij in beeld als sterkste motor in het Europese integratieproces, met drie Europese kopstukken van deze partij in Europese topfuncties. De belangrijkste opdracht van de EU ligt op dit moment bij dat trio.

In de politieke verbeelding van Eurosceptici wordt Zwitserland sterk gekoesterd als voorbeeld van een staat in Europa, die met het oog op behoud van de eigen nationale soevereiniteit geen lid is geworden van de Europese Unie. Dit voorbeeld wordt in dit nummer kritisch getoetst aan de ontnuchterende politieke realiteit in Europa. In feite ziet Zwitserland zich genoodzaakt via samenwerkingsovereenkomsten met de EU de ene Europese wetgeving na de andere praktisch over te nemen, maar zonder daarop enige invloed te kunnen uitoefenen.

Over de moeilijke combinatie van globalisering en democratie
Wim Couwenberg

De politieke verbeelding van Eurosceptici, met Zwitserland als sterk gekoesterd voorbeeld, getoetst aan de ontnuchterende politieke realiteit in Europa

Bespreking van: Caroline de Gruyter, Zwitserlevens. De nieuwe politieke realiteit in Europa. Uitgeverij Athenaeum-Polak en Van Gennep, Amsterdam, 2015.

Thema 18: Kritische bezinning op Europa als bakermat van de moderniteit

Het marxisme was oorspronkelijk een sociaal-economisch georiënteerde filosofie en ideologie. Tegenwoordig wordt in de marge van het politiek debat ook gewag gemaakt van cultuurmarxisme. Wat is dat? Dat wordt in een recent boek van een jonge filosoof en historicus in kritische zin aan de orde gesteld, als een nieuwe bedreiging van de Europese beschaving. Marxisme is als economisch project mislukt, aldus deze jonge filosoof. Die mislukking liet marxistische intellectuelen verweesd achter met de levensgrote vraag hoe ze de ‘dictatuur van het proletariaat’, de grote doelstelling van Marx, nog wel zouden kunnen realiseren. In de loop van de jaren kwamen verscheidene strategieën en oplossingen uit de bus, die in het cultuurmarxisme zijn samengesmolten. Daarmee werd de basis gelegd voor de hedendaagse ‘politieke correctheid’, waarmee de publieke opinie via onderwijs en media wordt geïndoctrineerd. Cultuurmarxisme is een strijd om de culturele hegemonie tegen ieder pluralisme in. Andere componenten ervan zijn het multiculturalisme, de vervanging van het proletariaat door ‘minderheden’ en ‘slachtoffers’, de postmoderne filosofie van Michel Foucault en de Frankfurter Schule. Samengevat stelt de auteur dat het cultuurmarxisme zijn psychologische basis vindt in het christendom, zijn strategie in de filosofie van de Italiaanse communist Gramsci en zijn filosofie in de Frankfurter Schule en het postmodernisme. In dit nummer wordt aan deze opmerkelijke en uitdagende stellingname een uitvoerige bespreking gewijd.

Hoe het cultuurmarxisme Europa sloopt
Luc Pauwels

Bespreking van: Sid Lukkassen, Avondland en Identiteit. Uitgeverij Aspekt, Soesterberg, 2015.

Thema 25: Reflectie op historische achtergrond van de actualiteit

Dit thema is bedoeld om aandacht te vragen voor de historische dimensie als achtergrond van de actualiteit. Dat doen we in dit nummer naar aanleiding van een gesprek met Mona Eltahawy, een liberale en bijzonder strijdbare feministische moslim, wier radicale feministische oriëntatie en visie onmiddellijk deed denken aan die van Hirsi Ali. Evenals laatstgenoemde riep deze Arabische feministe met dezelfde hartstocht op tot een sociale en seksuele revolutie in de Arabische wereld, helemaal dus in de geest van destijds Hirsi Ali. Het is een revolutie die een einde moet maken aan de eeuwenoude vrouwenonderdrukking in de Arabische wereld en elders. Deze feministische moslima werd in dat gesprek volstrekt niet tegengesproken door haar feministische gesprekspartner van de IKON radio, die haar heel begripvol bejegende. Hoe anders was indertijd het lot van Hirsi Ali, toen die haar sociale en seksuele revolutie in ons land predikte, en op fel verzet stuitte van linkse en feministische zijde. Het is alleszins interessant om daar nog eens aan te herinneren, na dit gesprek met juist genoemde Arabische feministe.

Hirsi Ali is degene geweest die in die seksuele bevrijdingsstrijd onvervaard vooropliep, en zich daarbij niet liet intimideren door levensbedreigende tegenkrachten, die zij zodoende opriep. In haar radicale kritiek op de orthodoxe, vrouwonderdrukkende islam, was zij net als Antigone in de gelijknamige tragedie van Sophocles bereid voor de opdracht die ze zich gesteld had niets minder dan haar leven op het spel te zetten. En tot haar verwondering, maar ook die van veel anderen, moest zij daarbij ervaren dat zij uitgerekend in linkse en feministische kringen op de meeste kritiek en weerstand stuitte. Zo fel als van die kant sinds de jaren ’60 van leer getrokken is tegen wie zich niet meteen gewonnen gaf aan hun emancipatorische eisen op seksueel gebied, zo begripvol wordt van die kant gereageerd op de seksuele repressie in islamitische kringen, als element van de eigen islamitische cultuur dat we als zodanig dienen te respecteren. Maar die seksuele repressie was indertijd ook een hecht geworteld element van de toenmalige katholieke cultuur, die toen veel gemeen had met de huidige islamitische cultuur op dit punt.

Thema 26: Corruptie en integriteit

In dit nummer plaatsen we twee aankondigingen achter elkaar die (opnieuw) laten zien dat de belangstelling voor de maatschappelijke en economisch-financiële problematiek van financiële fraude, waar binnen ook corruptie, toeneemt en maatschappelijk bespreekbaar wordt. Vooral dat laatste is een goed teken!

Thema 28: Discussieforum

In aansluiting op zijn recente boek Avondland en Identiteit, dat onder thema 18 uitvoerig besproken wordt, stelt de jonge filosoof en historicus Sid Lukkassen het politiek correcte feminisme, dat onze westerse samenleving in zijn visie op bedenkelijke wijze uitholt, nadrukkelijk ter discussie. Hij neemt daarbij krachtig stelling tegen de seksuele selectiemacht die in onze verwijfde maatschappij in handen is geraakt van vrouwen, en hij besluit met de vraag hoe doorsnee mannen weer aan de bak kunnen komen. Het is een uitdagende stellingname die we onder dit thema op haar beurt ter discussie stellen.

Thema 29: Ter afronding: filosofische bespiegelingen

Ter afronding van het themagedeelte publiceren we hier een filosofisch-literaire bespiegeling over liefde en vriendschap. Waarom de liefde nog bezingen, hoe ingetogen ook, als daarmee dit laatste grote verhaal aan postmoderne cynici dreigt te worden overgeleverd? Niettemin weerhoudt dat de filosoof Giovanni Rizzuto er niet van hieraan een filosofische bespiegeling te wijden, en daarbij ook de vraag te betrekken wat liefde van vriendschap onderscheidt. In aansluiting hierop publiceren we hier een aantal gedichten van Hubert P. Cornelis, waar ook een filosofisch geïnspireerde bespiegeling aan ten grondslag ligt.

Commentaar op actuele ontwikkelingen en gebeurtenissen

In kort bestek

Gedichten

Gedichten (32)
Hubert P. Cornelis

Cartoons

Mededelingen

Colofon (oud)

Directeur/hoofdredacteur: Prof. Dr. S.W. Couwenberg       
Redactie: Sander Wieman, Piet Ransijn, Patricia van Bosse
Redactieadres: Akkerwindestraat 23, 3051LA Rotterdam
Telefoon: 010-4182580
Emailadres: couwenberg@ese.eur.nl

Bestuur Stichting Civis Mundi.

Prof. dr. S. Wim Couwenberg, voorzitter
Prof. dr. Paul Cliteur, vice-voorzitter
Mr. drs. Eva Eijkelenboom, secretaris
Mr. Herman-Jan Couwenberg, penningmeester

Leden
Mr. drs. Kai van der Kolk
Dr. Liesbeth Noordegraaf-Eelens
Dr. Hugo Verbrugh
Sander Wieman, BSc.

S.W. Couwenberg, Heeft geschiedenis zin? Of is dit een onzinnige vraag? Civis Mundi jaarboek 2014

Onder auspiciën van de Stichting Civis Mundi uitgegeven door de Deventer Universitaire Pers. Bij de presentatie van dit jaarboek half januari 2015 op de EUR werd de auteur door de rector magnificus van die universiteit onderscheiden met ‘De Desiderius’ vanwege zijn uitzonderlijke bijdrage aan het publieke debat en de opinievorming in Nederland in de afgelopen halve eeuw.

Dit nieuwe Civis Mundi jaarboek is voor abonnees verkrijgbaar tegen de gereduceerde prijs van €17,50 per email te bestellen bij de redactie van de Stichting Civis Mundi, of rechtstreeks via de internetboekwinkel van de uitgever (www.universitairepers.nl). Bestel direct »

Zie voor meer informatie de presentatie van dit jaarboek, 15 januari 2015.

 

De Deventer Universitaire Pers is de uitgeverstak van de Geert Grote Universiteit (GGU).

Ze stelt zich ten doel het publiceren van goed leesbare, wetenschappelijke werken van de hoogste kwaliteit, primair in de Nederlandse taal, en in een duurzame uitvoering. Zo wil zij een concrete bijdrage leveren aan het behoud en de versterking van het Nederlands als taal van cultuur en wetenschap. Zij onderscheidt zich door thema’s die verder reiken dan de waan van de dag, ook als deze zichzelf actualiteit noemt. De Deventer Universitaire Pers is steeds op zoek naar wat ook over tien, twintig of zelfs honderd jaar nog als relevant zal worden beschouwd.